What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
H4 NN 2-basisTaalverzorging 1 Formuleren Verwijswoorden
Verwijswoorden
1 / 15
next
Slide 1:
Slide
This lesson contains
15 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Verwijswoorden
Slide 1 - Slide
H4 Taalverzorging formuleren
Verwijswoorden
Slide 2 - Slide
Leerdoel
- Je leert de verwijswoorden mij, jouw, je ( + zelfstandig naamwoord)
- Je leert de verwijswoorden mij, me, jouw, je (zelfstandig naamwoord + van + verwijswoord)
- Je leert deze verwijswoorden op een juiste manier te gebruiken
Slide 3 - Slide
Verwijswoorden
Met verwijswoorden kun je verwijzen naar iets.
Sommige verwijswoorden zijn bezittelijk voornaamwoord. Je wijst iets aan dat van iemand is.
Andere verwijswoorden gebruik je als er geen bezit achter staat.
Deze verwijswoorden behandelen we in deze paragraaf.
Slide 4 - Slide
Als er wél een bezit achter staat
Deze 3 bezitsvormen behandelen we in deze paragraaf:
- mijn
- jouw
- je
Slide 5 - Slide
Als er wél een bezit achter staat
- mijn: In dat lokaal ligt
mijn
tas
.
- jouw: Wat is
jouw
mening
?
- je: Je moet
je
broer
informeren.
Slide 6 - Slide
Als er géén bezit achter staat
Deze 4 vormen behandelen we in deze paragraaf:
- mij
- me
- jou
- je
Slide 7 - Slide
Als er géén bezit achter staat
- mij: Luister je
naar
mij
?
- me: Gisteren vroeg ze
me
om advies.
- jou: De docent gaf (
aan
)
jou
de toets terug.
- je: Wil
je
die schoenen even aangeven?
Slide 8 - Slide
Een bezittelijk voornaamwoord geeft bezit aan:
van wie is iets?
A
Waar
B
Niet waar
Slide 9 - Quiz
bezit
A
werk dat bestaat uit iets voor iemand doen
B
als mensen rijk zijn
C
iets dat iemand heeft
D
wat anders is
Slide 10 - Quiz
jouw =
A
bezittelijk vnw
B
persoonlijk vnw
C
voorzetsel
D
bijvoeglijk vnw
Slide 11 - Quiz
jou of jouw?
Ik bel jou / jouw morgen.
A
jou
B
jouw
Slide 12 - Quiz
Moeten .......ouders ook rekening houden met ...... wensen?
A
jou / jou
B
jou / jouw
C
jouw / jou
D
jouw / jouw
Slide 13 - Quiz
bezit
(iets in je bezit hebben....)
A
eigendom
B
tweetal
C
rekenmachine
D
narcose
Slide 14 - Quiz
Maken
digitaal lesboek
Maak opdracht 1 t/m 8
Slide 15 - Slide
More lessons like this
Formuleren - Verwijswoorden (2)
March 2023
- Lesson with
10 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k, g, t
Leerjaar 2
H3 NN 2-basis Taalverzorging 3 Formuleren Verwijswoorden
May 2023
- Lesson with
46 slides
Nederlands
Middelbare school
Formuleren - Verwijswoorden
December 2022
- Lesson with
12 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k, g, t
Leerjaar 2
C6 Formuleren §1 Herhaling leerjaar 2 (digitaal)
1 day ago
- Lesson with
13 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 2
Verwijswoorden me, mij, mijn enz.
March 2022
- Lesson with
27 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 2
NU Ned 1F 2F Deel B Formuleren H1.2 Verwijswoorden
January 2024
- Lesson with
35 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
C6 les 34 Oefenen voor de toets
December 2023
- Lesson with
17 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 2
2KB2 9 maart
March 2022
- Lesson with
15 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 2