4 Hoe ontwikkelen jongeren een eigen identiteit? p.42-51
1 / 38
next
Slide 1: Slide
Pedagogisch handelenSecundair onderwijs
This lesson contains 38 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
4 Hoe ontwikkelen jongeren een eigen identiteit? p.42-51
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
A Wat zijn de wensen en behoeften van Hannah?
Slide 3 - Open question
B Wat zijn de eventuele moeilijkheden?
Slide 4 - Open question
C Hoe zou jij het gedrag van de jongere verklaren?
Slide 5 - Open question
Slide 6 - Slide
zie handboek p. 43
Slide 7 - Slide
content.plantyn.com
Slide 8 - Link
Welke lichamelijke veranderingen treden er op bij het intreden van de puberteit?
Slide 9 - Open question
Op welke manier kunnen deze veranderingen een invloed hebben op de ontwikkeling van jouw identiteit?
Slide 10 - Open question
Slide 11 - Slide
Welke cognitieve veranderingen treden op tijdens de puberteit?
Slide 12 - Open question
Op welke manier hebben deze veranderingen een invloed op de ontwikkeling van jouw identiteit?
Slide 13 - Open question
Slide 14 - Slide
Welke socio-emotionele veranderingen treden op tijdens de adolescentie?
Slide 15 - Open question
Op welke manier hebben deze veranderingen een invloed op de ontwikkeling van jouw identiteit?
Slide 16 - Open question
Slide 17 - Slide
zie handboek p. 46-47
Slide 18 - Slide
content.plantyn.com
Slide 19 - Link
Oefening p. 49
Slide 20 - Slide
Mijn vrienden waarderen me voor wie ik ben. Ze weten dat ik soms boos kan zijn, maar dat ik er achteraf ...
A
(geen) besef van continuïteit
B
(geen) besef van erkenning / herkenning
C
(geen) aanvaarding van kwaliteiten/beperking
D
(geen) besef van zinvolle toekomst
Slide 21 - Quiz
Ik vind het verwarrend dat ik soms zo ben en soms anders. Ik weet niet goed wie nu de eigenlijke ik is.
A
(geen) besef van continuïteit
B
(geen) besef van erkenning / herkenning
C
(geen) aanvaarding van kwaliteiten/beperking
D
(geen) besef van zinvolle toekomst
Slide 22 - Quiz
Afhankelijk van de vrienden waar ik bij ben, gedraag ik me anders. Dat stoort me niet.
A
(geen) besef van continuïteit
B
(geen) besef van erkenning / herkenning
C
(geen) aanvaarding van kwaliteiten/beperking
D
(geen) besef van zinvolle toekomst
Slide 23 - Quiz
Ik weet dat ik mijn mindere kanten heb. Ik ben nogal slordig en soms ook koppig, maar daar stoor ik mij niet meer aan. Ik ga voluit voor mijn kwaliteiten.
A
(geen) besef van continuïteit
B
(geen) besef van erkenning / herkenning
C
(geen) aanvaarding van kwaliteiten/beperking
D
(geen) besef van zinvolle toekomst
Slide 24 - Quiz
Ik voel me goed in deze studierichting. Ik weet nu al dat ik later psychologie wil studeren.
A
(geen) besef van continuïteit
B
(geen) besef van erkenning / herkenning
C
(geen) aanvaarding van kwaliteiten/beperking
D
(geen) besef van zinvolle toekomst
Slide 25 - Quiz
Ik denk dat het beeld dat anderen van mij hebben klopt met mijn zelfbeeld.
A
(geen) besef van continuïteit
B
(geen) besef van erkenning / herkenning
C
(geen) aanvaarding van kwaliteiten/beperking
D
(geen) besef van zinvolle toekomst
Slide 26 - Quiz
In een groepswerk neem ik vaak de leiding. Ik ben een vlotte prater, maar ik heb ook organisatorisch talent.
A
(geen) besef van continuïteit
B
(geen) besef van erkenning / herkenning
C
(geen) aanvaarding van kwaliteiten/beperking
D
(geen) besef van zinvolle toekomst
Slide 27 - Quiz
Het frustreert me dat ik altijd een onvoldoende heb voor Frans. Hoe hard ik me ook inzet, het lukt me niet om te slagen voor de herhalingstoets. Ik ben echt boos en ontgoocheld in mezelf.
A
(geen) besef van continuïteit
B
(geen) besef van erkenning / herkenning
C
(geen) aanvaarding van kwaliteiten/beperking
D
(geen) besef van zinvolle toekomst
Slide 28 - Quiz
Vaak heb ik het gevoel dat niemand me ziet zoals ik echt ben.