Maatschappijleer - PLURIFORME SAMENLEVING 6.1, 6.2 EN 6.3

Maatschappijleer
Pluriforme samenleving 6.3 + 6.4 + 6.5
1 / 39
next
Slide 1: Slide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 3

This lesson contains 39 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Maatschappijleer
Pluriforme samenleving 6.3 + 6.4 + 6.5

Slide 1 - Slide

Moment van toetsing
Hoofdstuk Pluriforme Samenleving

In de week van 26 april t/m 30 april

2 lessen waarin we terugblikken op de lesstof

Slide 2 - Slide

Wat moet ik leren?
H6. Pluriforme Samenleving

Bladzijde 86 tot en met bladzijde 97

De teksten goed doornemen + dikgedrukte woorden leren

De teksten met een groene streep ernaast hoef je niet te lezen/leren!

Slide 3 - Slide

6.3 Migratie naar Nederland

Slide 4 - Slide

Pluriforme samenleving
Immigranten

Mensen uit andere landen die in Nederland zijn komen wonen

Slide 5 - Slide

Emigreren = verhuizen naar een ander land

Slide 6 - Slide

Waarom je land verlaten?
1. Werk = arbeidsmigranten en gastarbeiders 

2. Veiligheid = vluchtelingen

3. Uit de koloniën = Suriname en Indonesiers 

4. Samen met je gezin = gezinshereniging / gezinsvorming

Slide 7 - Slide

Arbeidsmigranten
  • Gastarbeiders
  • Jaren '60 en '70
  • Marokkanen en Turken
  • Om hier in Nederland te werken
  • Deden werk dat veel
  • Nederlanders niet wilden doen

  • Nu: Polen en Roemenen

Slide 8 - Slide

Vluchtelingen
Mensen die hun woonplaats onder druk van oorlog of geweld verlaten

  • Te gevaarlijk in eigen land
-Oorlog
-Homoseksueel
-Politieke mening


Asiel = toestemming om hier te mogen blijven

Slide 9 - Slide

Onafhankelijkheid koloniën 
  • Bevolking werkt op plantages (suiker of koffie)

  • Uitbuiting

  • Onafhankelijk: Indonesië in 1949 en Suriname in 1975


Slide 10 - Slide

Gezin
Gezinshereniging
Als je als gezin weer bij elkaar komt
Gezinsvorming
Als je een gezin gaat vormen

Slide 11 - Slide

Toelatingseisen
  • Niet iedereen mag zomaar naar Nederland komen om te wonen en werken.

  • Alleen als je in een EU-land woont mag dat.

  • Anders heb je een verblijfsvergunning nodig.

Slide 12 - Slide

Werkzoekenden
Worden alleen toegelaten als zij een beroep uitoefenen waar speciaal vraag naar is.


Voorbeelden:  computerdeskundige of profvoetballer

Slide 13 - Slide

Gezinsvorming
  • Beide 21 jaar of ouder
  • Voldoende verdienen



Bij gezinshereniging: alleen diegene die in Nederland woont moet 21 jaar of ouder zijn



Slide 14 - Slide

Vluchtelingen
  • Mag alleen blijven als hij/zij echt gevaar loopt in het land van herkomst


Loop je geen gevaar? Dan ga je terug.

Slide 15 - Slide

Inburgeringsexamen

Bij gezinshereniging en gezinsvorming moet je voor het basisexamen geslaagd zijn voordat je naar Nederland komt.

Slide 16 - Slide

6.4 Integratie

Slide 17 - Slide

Assimilatie 
Je vervangt bijna alles van de cultuur uit het land waar je vandaan komt door de dominante cultuur van het land waar je woont

Slide 18 - Slide

Nieuwkomers
Een tijd in Nederland
Geassimileerd 

Slide 19 - Slide

Segregatie
Een sterke scheiding tussen de bevolkingsgroepen

Slide 20 - Slide

Wat vindt de politiek?
  • PVV en Forum voor Democratie
Staan afwijzend over tegen de komst van nieuwkomers

  • GroenLinks, D66, PvdA, VVD, etc.
Staan open voor nieuwkomers

Slide 21 - Slide

Basisafspraken
  • Basisregels
  • Wetten en regels
  • Vrijheid van meningsuiting en vrijheid van godsdienst
  • Verbod op discriminatie
  • Gelijkheid mannen en vrouwen


  • Contact met elkaar = hoge sociale cohesie

Slide 22 - Slide

Wat doet de overheid?

  • Geld om de Nederlandse taal te leren
  • Gemengde wijken en scholen/klassen

Slide 23 - Slide

Gemengde wijken
Gemengde klassen

Slide 24 - Slide

6.5 Nederland is veranderd

Slide 25 - Slide

Nederland is veranderd

Veel nieuwkomers vinden na korte of langere tijd hun eigen plek in de Nederlandse samenleving. 

Maar af en toe zijn er ook problemen.

Slide 26 - Slide

Open samenleving
Nederland is een open samenleving; een samenleving waarin verschillende culturen samen wonen.

  • Nederlanders die hier al lang wonen en nieuwkomers kunnen allebei het gevoel hebben iets te verliezen.

  • Vooroordelen leiden tot wantrouwen en onbegrip aan beide kanten.


Slide 27 - Slide

Open samenleving
  • Waarden en normen kunnen sterk verschillen tussen de cultuurgroepen.

Slide 28 - Slide

Angst voor verandering
  • Mensen voelen zich prettiger bij hun eigen groep
  • Oorspronkelijke bewoners zijn bang voor verandering

Slide 29 - Slide

Onbegrip
Onbegrip tussen groepen leidt tot stereotypen en vooroordelen. Wederzijds wantrouwen kan leiden tot polarisatie.

Slide 30 - Slide

Verschillende waarden en normen
Verhuizen naar een land met een andere cultuur betekent dat je kennismaakt met andere normen en waarden. Soms verschillen die zo veel, dat het lastig is elkaar te begrijpen. Bijvoorbeeld:

  • De positie van de vrouw: in Nederland is lang gestreden voor gelijke rechten voor vrouwen en homo’s. Sommige gelovigen zijn het oneens met deze gelijke rechten.

  • Huwelijk en seks: in sommige gelovige gezinnen is seks voor het huwelijk verboden, terwijl veel Nederlanders daar anders over denken.

Slide 31 - Slide

Geloof

Slide 32 - Slide

Individu en de gemeenschap
In vergelijking met niet-westerse landen noemen we de dominante cultuur in Nederland individualistisch. In veel andere landen is de cultuur juist vaak collectivistisch.

Slide 33 - Slide

Geschiedenis

  • Als je naar de geschiedenis en naar andere landen kijkt, blijkt dat integratie nooit vanzelf gaat.

  • Toch zie je vaak (ook in de klas!) dat culturen heel makkelijk samen gaan!

Slide 34 - Slide

Zelfstandig werken
Begrippenlijst 6.3, 6.4 en 6.5 maken

of

Samenvatting 6.3, 6.4 of 6.5 maken

Slide 35 - Slide

H5. Media
Afronden door middel van 2 opdrachten:

Opdracht 1. Nieuws
Opdracht 2. Nepnieuws

Graag in 1 bestand inleveren!

Deadline: week 21!!!

Slide 36 - Slide

Slide 37 - Slide

Slide 38 - Slide

Slide 39 - Slide