3 ha 16 sep

1 / 20
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 20 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Hausaufgaben für 16 september
In je Arbeitsbuch afhebben A+B (Wortschatz)

online afhebben: Brückenschlag 2 (Wortschatz+Grammatik)  

Slide 2 - Slide



Kontrolliere die Aufgaben B Wortschatz
timer
6:00

Slide 3 - Slide

B--Wortschatz = Lernliste N-D
Das Wetter -die Natur -der Berg- die Berge
es hagelt --es friert --es regnet --es schneit---die Wolke 
im Januar - im Winter - im Norden 
kalt -kälter warm -wärmer -glatt -  
Tekst

Slide 4 - Slide

zwakke werkwoorden vervoegen.    tt + voltooid deelwoord
                                esttenten

1 spielen - Ich .........gerne Tennis - Er ........früher Tennis ............
2 wohnen- Peter .......in Rotterdam - Wo .......du ............?
3 lernen -  ...........du alles online?   - Ich .........alles online ...........
4 studieren- Wo ........ihr?            - Wo ........ihr ............?
5 machen -  Was .........deine Freundin? - Was ........sie ...........?  

Slide 5 - Slide

5 Fakten über Taylor Swift

Slide 6 - Slide

formulier 5 Fakten
zinnen afmaken

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Link

Was lernen wir heute?
Je kunt een radio-interview over een bijzondere hobby begrijpen.
Je kent de betekenis van de woorden van de Lernliste D-N: 
C Hören.
Je kunt de werkwoorden sein en haben in de verleden tijd gebruiken.
Je kunt het werkwoord werden in de tegenwoordige tijd gebruiken.

Slide 9 - Slide

Schrijf zoveel mogelijk woorden op die in je opkomen bij het zien van deze foto
timer
1:00

Slide 10 - Slide

Wissel de woorden die je hebt opgeschreven uit met je buurman/buurvrouw
timer
2:00

Slide 11 - Slide

Das Gewitter
der Donner und der Blitz

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide




Arbeitsbuch, Seite 20:  Auf Gewitterjagd

Wähle während des Hörens die richtige Behauptung.


Slide 14 - Slide

haben en sein zijn bijzondere werkwoorden

dus de ezelsbrug esttenten kan ik hierbij niet gebruiken!

Slide 15 - Slide

schrijf de werkwoorden haben en sein in de tt
ik heb - ik ben
jij hebt - jij bent
hij heeft - hij is - 
zij heeft - zij is
het heeft - het is
----------------------------------------
wij hebben - wij zijn
jullie hebben - jullie zijn
zij hebben - zij zijn
u heeft  - u bent 

Slide 16 - Slide

uitleg: sein/haben in verleden tijd + werkwoord werden. 

 

Slide 17 - Slide


Mache die Aufgaben E 

Slide 18 - Slide

Hausaufgaben:
Opdrachten E zijn af
doe slim stampen online: onderdelen A+B+C 

Slide 19 - Slide

Op de homepagina (de boekenplank) klikken op Koppel met een klas en vul de koppelcode in.
 Klas  3Ha       Koppelcode  : 95471

                              
 



 


Slide 20 - Slide