bondig formuleren aantrekkelijk formuleren

formuleren en schrijven
Correct formuleren
Bondig formuleren
Aantrekkelijk formuleren
Inclusief de stijlfiguren
1 / 30
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

formuleren en schrijven
Correct formuleren
Bondig formuleren
Aantrekkelijk formuleren
Inclusief de stijlfiguren

Slide 1 - Slide

Lesdoelen
Ik weet wat bondig formuleren is
Ik kan overbodige woorden en zinsdelen aanwijzen in een tekst
Ik kan een tekst bondig (her)schrijven


Slide 2 - Slide

Onderwerpen bondig formuleren
- Schrijven is schrappen (met beleid)

Moet iets korter, kijk dan naar: hulpwerkwoorden, bijvoeglijke naamwoorden, pleonasmen, tautologieën, bijwoorden en onnodig lange (voorzetsel)uitdrukkingen

Slide 3 - Slide

Schrijven is schrappen
“IK SCHRIJF JE EEN LANGE BRIEF, WANT IK HEB GEEN TIJD VOOR EEN KORTE.”  Blaise Pascal (1657)
Bondig formuleren is kort schrijven, maar met een juist evenwicht. Soms heeft een nuance of verduidelijking toegevoegde waarde.

Slide 4 - Slide

Schrijf deze tekst zonder hulpwerkwoorden.
Als je een treinabonnement zou nemen, zou je veel geld kunnen gaan besparen, Ik zou het zeer op prijs stellen als je de enquete zou willen invullen. Mocht je nog vragen hebben, dan kun je mij een e-mail sturen.

Slide 5 - Open question

Schrap de onnodige bijvoeglijke naamwoorden.
De tengere, oude, grijze, vriendelijke vrouw had moeite om zich staande te houden in de herfstachtige storm

Slide 6 - Open question

Een ronde cirkel is een ...
A
tautologie
B
pleonasme
C
vanzelfsprekende combinatie
D
cliché

Slide 7 - Quiz

Pleonasmen en tautologieën zijn vaak overtollig taalgebruik, maar soms zijn ze wel geaccepteerd of worden ze bewust ingezet. Welke tautologie is wel relevant?
A
Hij werd met pracht en praal begraven.
B
Deze toetsen zijn identiek hetzelfde.
C
Zodra hij mijn bericht kreeg, is hij onmiddellijk op zijn scooter gestapt.
D
Hij zal nooit of te nimmer een vaccinatie nemen.

Slide 8 - Quiz

Bijwoorden
  • versterken een bijvoeglijk naamwoord 
  • vaak, soms, doorgaans, heel erg, zeer, meestal
  • soms relevant:
Mijn Franse gasten zijn nu al ingeburgerd. Ze eten hier  meestal een sinaasappel in plaats van de gebruikelijke croissant

Slide 9 - Slide

Onnodig lange uitdrukkingen
Zij is zo'n type dat altijd voor anderen klaar staat

voorzetseluitdrukkingen: 
met betrekking tot ---- over voor
ten behoeve van ----- voor

Slide 10 - Slide

Herschrijf de volgende mededeling:
In de speeltuin mag geen zelf meegenomen eten geconsumeerd worden; alleen eten en drinken dat hier is gekocht. Dank u.

Slide 11 - Open question

Idem. Zou u zich voordat u in de wachtkamer plaatsneemt eerst even willen melden bij de assistentie?

Slide 12 - Open question

Maak een goede en een foute zin met
'opnieuw herhalen' of 'verslaafde junk'

Slide 13 - Open question

Aantrekkelijk formuleren

Slide 14 - Slide

Lesdoelen
Ik weet hoe je de aandacht van de lezer vasthoudt;
Ik kan herkennen hoe schrijvers spelen met woorden, zinnen en stijlfiguren om de aandacht vast te houden;
Ik kan zelf aantrekkelijk formuleren.

Slide 15 - Slide

Waar moet je op letten  bij aantrekkelijk formuleren?
  1. zinsbouw en zinslengte
  2. woordkeuze en woordvolgorde
  3. archaïsmen en neologismen
  4. voorbeelden
  5. beeldspraak
  6. stijlfiguren
  7. persoonlijk taalgebruik

Slide 16 - Slide

zinsbouw en -lengte
jip-en-janneketaal (kort en feitelijk)
Zorg voor afwisseling in bouw (woordvolgorde opa / poa) en lengte -> ritme


Slide 17 - Slide

Variatie in bouw en lengte
Niet: De man lag al vijftien dagen in het ziekenhuis. Hij had zijn pols gebroken bij het douchen, Hij mocht eigenlijk al lang naar huis. Hij had thuis echter niemand om hem te helpen.
Wel: De man lag al vijftien dagen in het ziekenhuis omdat hij  bij het douchen zijn pols had gebroken, Eigenlijk mocht hij al lang naar huis, maar omdat hij thuis niemand had om hem te helpen, kon dat niet.

Slide 18 - Slide

Eentonigheid soms bewust
Parallellie (stijlfiguur)
Spreken is zilver, zwijgen is goud

Er zijn mensen die zweren bij AC/DC. Er zijn lui die losgaan bij Iron Maiden. En er zijn mensen die houden van muziek.

Slide 19 - Slide

Woordgebruik:
Verlevendig je zinnen met synoniemen en verwijswoorden.

De verkoper deed de boeken in een linnen tasje, dat hij me met een glimlach overhandigde.

Slide 20 - Slide

Woordgebruik
Archaísmen: thans (nu), reeds (al), teneinde (om te), dienaangaande (daarover), alsmede (ook), gaarne (graag), benevens (daarnaast), inzake (over)
Neologismen:  brexit, selfie, proactief, out-of-the-boxdenken
Wees er spaarzaam mee. Gebruik ze bewust.

Slide 21 - Slide

Noem een van je favoriete neologismes. Je mag ook een andere taal gebruiken.

Slide 22 - Open question

Voorbeelden
Voorbeelden maken van iets abstracts iets concreets en verhelderen dus. Soms overtuigen ze daardoor ook.

Mensen gooien te veel voedsel weg. Mijn buurvrouw gooit potjes kruiden weg die een dag over de datum zijn.

Slide 23 - Slide

Beeldspraak

De vergelijking (iets is 'als' iets anders)

Hij zag zo rood als een tomaat
Onze koffie is als rioolwater



De zuivere metafoor (alleen het beeld)

Er stond een tomaat op de loopband
Ik kreeg een steen in mijn maag toen ik moest beginnen

Slide 24 - Slide

Bedenk zelf een voorbeeld van beeldspraak.

Slide 25 - Open question

Clichés moet je vermijden. Welk van onderstaande vergelijkingen en metaforen zijn clichés?
A
Hij ging er als een haas vandoor
B
Je zit er als een zoutzak bij
C
De nieuwe carrièremove heeft haar geen windeieren gelegd.
D
Na enige aarzeling ben ik in de pen geklommen om mijn mening aan het papier toe te vertrouwen.

Slide 26 - Quiz

Cliché
Soms worden uitdrukkingen of gezegdes zo vaak gebruikt, dat het afgezaagd is geworden. Dan is het een cliché. Dichters proberen zo min mogelijk clichés te gebruiken, maar juist origineel te zijn.
Voorbeelden:
  • schitteren door afwezigheid
  • als paddenstoelen uit de grond schieten
  • op zoek zijn naar een nieuwe uitdaging

Slide 27 - Slide

Persoonlijk taalgebruik
Niet: Het debat van de volksvertegenwoordiging kan niet goed begrepen worden zonder kennis van zaken.
Wel: Je kunt het debat van de Kamerleden lastig begrijpen als je geen kennis van het onderwerp hebt.

Slide 28 - Slide

Stijlfiguren
hyperbool
ironie
climax
eufemisme

Slide 29 - Slide

beeldspraak en stijlfiguren
NN blz 264 - 276
oefenen!

Slide 30 - Slide