Leerjaar VWO-2-intro

Leerjaar 2

Geschiedenis
docent: H. Koningsveld (Koh72)
1 / 15
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 15 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Leerjaar 2

Geschiedenis
docent: H. Koningsveld (Koh72)

Slide 1 - Slide

1905 | The life of reason

Slide 2 - Slide

Waarom geschiedenis?
Waarom geschiedenis relevant is (Relevant betekent nuttig, van belang)?

  • Geschiedenis laat zien dat sommige verschijnselen er altijd zijn. 
  • Oorzaak - gevolg (van gebeurtenissen)
  • Wat kun je leren (om anders te doen) van het verleden?


Slide 3 - Slide

Waarom geschiedenis?
  • Geschiedenis laat je nadenken over jouw rol in de samenleving. Kun jij of moet jij iets doen om bijvoorbeeld vluchtelingen te helpen?
  • Geschiedenis laat je beter begrijpen waarom er vaak meerdere standpunten zijn over een onderwerp en waarom mensen het soms heel moeilijk eens worden. Je achtergrond, je karakter en je positie (standplaats) kunnen allemaal invloed hebben op hoe je oordeelt over een gebeurtenis of onderwerp.

Slide 4 - Slide

Waarom geschiedenis?
  • Geschiedenis laat je begrijpen welke rol Nederland heeft gespeeld in de Europese en wereldgeschiedenis. 
  • Het laat je beter begrijpen hoe het verleden het heden en de toekomst mede bepaald. Vorm je eigen mening op basis van feiten en oordeel na gedegen onderzoek/ kennis over een onderwerp (bijv. de oorlog in de Oekraïne of Gaza). 

Slide 5 - Slide

Hoe werk je bij geschiedenis?
Leerboek
  • Boven aan elke paragraaf staat de deelvraag/ leerdoel van de paragraaf.
  • Een paragraaf bestaat uit leesteksten en bronnen. Een bron kan een plaatje zijn (beeldbron), maar ook een tekst (tekstbron).

Slide 6 - Slide

Het leerboek (2)
  • Op de eerste bladzijden, de oriëntatie, van een hoofdstuk bekijk je waar het hoofdstuk over gaat.
  • Er wordt uitgelegd waarom het belangrijk is dit deel van de geschiedenis goed te kennen en bespreekt de onderwerpen in het hoofdstuk.
  • In de afsluiting tref je de kenmerkende aspecten, leerdoelen,  jaartallen en begrippen aan.
  • De kenmerkende aspecten moeten worden gelezen en kort uitgelegd.

Slide 7 - Slide

Het werkboek 
  • Elke paragraaf begint met een opdracht (Wat weet je al?) waarin je kijkt wat je al van het onderwerp weet.
  • Bij elke paragraaf vat je, in de laatste opdracht, samen wat je hebt geleerd. Die maak je (waarschijnlijk) digitaal.
  • Aan het einde van iedere paragraaf staat 'onthouden, begrijpen, toepassen en analyseren'. Daar staan nummers van opdrachten achter die je kunt gebruiken in de voorbereiding voor een toets.

Slide 8 - Slide

Het werkboek (3)
  • www.feniks-online.nl of www.thiememeulenhoff.nl/feniks kun je gebruiken om de oefentoets te maken.
  • In ITS staan ook oefentoetsen, leertips, filmpjes e.d te ondersteuning.

Slide 9 - Slide

Toetsen
Dit schooljaar krijg je zes (6) toetsen, twee per periode.
  • Drie van die toetsen zullen worden afgenomen tijdens de proefwerkweken. In PWW 1 en 2 hebben ze een wegingsfactor 3. De toets in  PWW-3 heeft een wegingsfactor 4.
  • De andere toetsen hebben een wegingsfactor 2.
  • Tenslotte staat er in periode 3 een werkstukopdracht in het programma, weging 1.

Slide 10 - Slide

Aantekening lesbrief
  • De renaissance is een periode in de Europese geschiedenis. "Renaissance" betekent letterlijk "wedergeboorte", een nieuwe bloei van kunst en cultuur (uit de Oudheid).
  • 1450- 1600
  • De vroegmoderne tijd (begint in 1453)



Slide 11 - Slide

Kenmerkende aspecten bij lesbrief
Neem de nummers van de kenmerkende aspecten over. 

18. Het begin van de Europese overzeese expansie.
19. Het veranderde mens- en wereldbeeld van de renaissance en het begin van een nieuwe wetenschappelijke belangstelling.

20. De hernieuwde oriëntatie op het erfgoed van de klassieke oudheid.

21. De protestantse reformatie die splitsing van de christelijke kerk in West-Europa tot gevolg had.

Slide 12 - Slide

Leerdoelen  lesbrief
  1. Je kunt uitleggen wat de renaissance inhoudt en waardoor die juist in Italië ontstond.
  2. Je kunt uitleggen wat het veranderende mens- en wereldbeeld in de renaissance te maken heeft met de heroriëntatie op de klassieke Oudheid.
  3. Je kent de ideeën van enkele humanisten en renaissancekunstenaars en hun bijdrage aan een nieuw mens- en wereldbeeld.

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Video

Huiswerk
Lesbrief 'Renaissance'
Lees de lesbrief. 
Maken: opdrachten 1 t/m 7

Maken: opdrachten 8 t/m 14

Slide 15 - Slide