Zenuwstelsel

Wat weet je al over zenuwen?
1 / 20
next
Slide 1: Mind map
uiterlijke verzorgingMBOStudiejaar 1

This lesson contains 20 slides, with interactive quiz, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Wat weet je al over zenuwen?

Slide 1 - Mind map

Wat is MS? Multiple sclerose is een ziekte van het centrale zenuwstelsel. Doordat er iets mis is in het afweersysteem, wordt de laag om de zenuwen (myeline) aangevallen en beschadigd. Zenuwen komen hierdoor bloot te liggen en geven minder goed signalen van en naar de hersenen door. Soms gebeurt dit zelfs helemaal niet. Hierdoor kunnen plotseling verlammings- en uitvalsverschijnselen optreden.
Zenuwstelsel
Je lichaam kan op verschillende manieren informatie ontvangen en daarop reageren. 
Deze prikkels nemen we waar aan de hand van onze zintuigen 

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Soorten prikkels
Sensibele prikkels -> je neemt deze waar met de huid. 
Motorische prikkels -> ze zorgen voor het in beweging brengen van een spier of klier. 

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Centrale zenuwstelsel

Het centrale zenuwstelsel = ruggenmergde hersenen


Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Slide 5 - Video

This item has no instructions

Kleine hersenen
Liggen aan de achterkant van het hoofd, onder de grote hersenen. Coördineren houding en beweging samen met het evenwichtsorgaan in het oor. Zorgen ervoor dat de juiste dosering prikkels bij de spieren aankomt.

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Grote hersenen 
Bestaan uit twee hersenhelften, die ook wel hemisferen worden genoemd. 
Ze zorgen voor bewustzijn, geheugen, gevoel en willekeurige spierbewegingen. 

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Hersenstam
Ligt tussen de hersenen en het ruggenmerg. 
De hersenstam geleidt prikkels van en naar de grote en kleine hersenen. 

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Ruggenmerg 
Ligt in de wervelkolom. Deze begint bij de hersenstam en eindigt bij de lendenwervels. Het zorgt met name voor de reflexen van het lichaam 

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

prikkelgeleiding 
Prikkels worden doorgegeven door neuronen. Neurieten sturen informatie naar spier of klier. 
Dendrieten vangen prikkels op vanuit je zintuigen. 
Je lichaam maakt een elektrisch signaal zodra er een prikkel binnen komt, dit noem je een impuls 

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Autonome zenuwstelsel

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Perifere zenuwstelsel
alle zenuwen die buiten de ruggenmerg en hersenen treden. 
Zorgt ervoor dat prikkels van en naar het centrale zenuwstelsel worden doorgegeven. 

Bestaat uit hersenzenuwen en ruggenmergzenuwen

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Hersenzenuwen 
Liggen aan de onderkant van de hersenen. Er zijn 12 paar hersenzenuwen. 
Het zijn motorische en sensibele prikkels die worden doorgegeven. 

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

3 paar hersenzenuwen
Drielingzenuw -> 3 takken zowel sensibel als motorisch
Aangezichtszenuw -> prikkelt alle mimische spieren 
Zwervende zenuw -> zwerft via de hals naar de buikholte. beinvloed hartslag en ademhaling.  

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

oogtak 
bovenkaaktak
onderkaaktak

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Ruggenmergzenuwen
31, 32 of 33 paar ruggenmergzenuwen. 

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Autonoom zenuwstelsel
Zorgt voor aansturen van de automatische lichaamsfuncties onder invloed van neurotransmitters


Animaal zenuwstelsel
Mimische spieren en skeletspieren worden aangestuurd hiermee.

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Verschillende zenuwstelsel
  • Centrale zenuwstelsel: Hersenen en Ruggenmerg
  • Perifeer zenuwstelsel: Hersenzenuwen en ruggenmergzenuwen. Alle zenuwen buiten het centraal zenuwstelsel. 
  • Autonome zenuwstelsel/vegetatieve zenuwstelsel = zenuwstelsel dat je niet kunt aansturen. bv. dit stuurt je hartslag aan en de assimilatie en dissimilatie.
  • Animaal zenuwstelsel: zenuwstelsel dat je zelf kunt aansturen. bv. mimische spieren, skeletspieren. Ontvangt sensorische en sensibele prikkels.

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Sympatisch & parasympatisch
Sympatisch -> wanneer je lichaam actief is en je de dag start. 
Parasympatisch -> wanneer je lichaam (skelet spieren) in rust zijn en je inwendige organen aan de slag gaan. 

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Ga in twee of drietallen alle moeilijke woorden opschrijven uit de rechterkolom en zoek daarbij de betekenis hier van op. Kijk of je de stof (over zenuwen) aan elkaar kan uitleggen met de woorden erbij te gebruiken. 
Sensibele prikkels 
Motorische prikkels 
Centrale zenuwstelsel
Perifere zenuwstelsel
Kleine hersenen
Grote hersenen 
Hersenstam 
Autonome zenuwstelsel
Animale zenuwstelsel
Neuron 
Dendrieten 
Impulsen
Neurotransmitters

Slide 20 - Slide

This item has no instructions