4.5 Hefbomen

§4.5 Hefbomen
1 / 19
next
Slide 1: Slide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

§4.5 Hefbomen

Slide 1 - Slide

HERHALING §4.4
Als twee krachten evenwicht maken, dan moet aan drie voorwaarden zijn voldaan:
• De krachten zijn even groot.
• De krachten liggen op dezelfde lijn (in elkaars verlengde).
• De krachten hebben een tegengestelde richting.

Als krachten evenwicht maken, dan is de nettokracht op het voorwerp 0 N.
De nettokracht is de optelsom van alle krachten samen.

Om de nettokracht op een voorwerp te vinden, pas je twee regels toe:
• Krachten in dezelfde richting tel je bij elkaar op.
• Krachten in tegengestelde richting trek je van elkaar af.


Slide 2 - Slide

§4.5 Leerdoelen
  • Je kunt in een hefboom het draaipunt, het werkpunt en het lastpunt benoemen.
  • Je kunt in een hefboom de werkarm en de lastarm benoemen.
  • Je kunt bij een hefboom in evenwicht uitleggen op welke manier met een kleine kracht een grote kracht wordt uitgeoefend.
  • Je kunt enkele en dubbele hefbomen van elkaar onderscheiden.

Slide 3 - Slide

§4.5 Krachten vergroten

Slide 4 - Slide

Hefboom
Een hefboom heeft drie punten:

Het werkpunt = waar je de kracht uitoefent.
Het draaipunt = waar de hefboom draait.
Het lastpunt = Plek waar de hefboom de kracht uitoefent

Slide 5 - Slide

Van welk materiaal is een breekijzer gemaakt?

A
Staal dat gemakkelijk buigt
B
Staal dat snel breekt
C
Staal dat erg sterk is

Slide 6 - Quiz

Een brandweerman maakt met een breekijzer een autodeur open.
Met het breekijzer maak hij de kracht groter of kleiner?
A
Groter
B
Kleiner

Slide 7 - Quiz

Een hefboom gebruik je om een kracht groter te maken.
Waar of niet waar
A
Waar
B
Niet waar

Slide 8 - Quiz

Welk uiteinde van het breekijzer moet de brandweerman tussen de deur duwen?
A
Het korte uiteinde
B
Het lange uiteinde
C
Het maakt geen verschil

Slide 9 - Quiz

Enkele hefboom
Het breekijzer is een enkele hefboom, er zijn nog meer voorbeelden hiervan: Steeksleutel, bieropener en een steekkar. 

Slide 10 - Slide

Dubbele hefboom

Slide 11 - Slide

Je tilt een zware steen op. Hiervoor gebruik je een paal als hefboom.
Hoe noem je de plaats waar je op de hefboom duwt?
A
Draaipunt
B
Buigpunt
C
Lastpunt
D
Werkpunt

Slide 12 - Quiz

Je wilt een stuk karton doorknippen met een schaar.
Hoe noem je de plaats van de scharen, waarmee het karton doormidden gaat?
A
Draaipunt
B
Buigpunt
C
Lastpunt
D
Werkpunt

Slide 13 - Quiz

Welke soort hefboom is een steeksleutel?
A
enkele hefboom
B
dubbele hefboom

Slide 14 - Quiz

Krachtvergroting

Slide 15 - Slide

ONTHOUD
Met een hefboom kun je krachten vergroten.

Een hefboom heeft een werkpunt, een lastpunt en een draaipunt.
Een breekijzer en een steeksleutel zijn voorbeelden van enkele hefbomen.
Een tang en een schaar zijn voorbeelden van dubbele hefbomen.
Een hefboom heeft een lang uiteinde en een kort uiteinde.
Het lange uiteinde is de werkarm. Het korte uiteinde is de lastarm.
Hoe langer de werkarm, hoe meer je kracht wordt vergroot.
Hoe korter de lastarm, hoe meer je kracht wordt vergroot.


Slide 16 - Slide

Schrijf 2 dingen op die je deze les geleerd hebt.

Slide 17 - Open question

Wat heb je nog nodig van mij als vakdocent?
Geef aan hoe ik je het beste kan helpen.

Slide 18 - Open question

Aan het werk
MAKEN:
in de online methode van NOVA:
De test jezelf van H4 KRACHTEN
§4.1 t/m §4.5

KLAAROPDRACHT:
Beging met de opdrachten van §4.6 DRUK
timer
15:00

Slide 19 - Slide