4TL 8.1 Bloed les 2

Paragraaf 8.1 Bloed
1 / 14
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Paragraaf 8.1 Bloed

Slide 1 - Slide

Rode bloedcellen
Witte bloedcellen
Bloedplaatjes

Slide 2 - Drag question

Witte bloedcellen
Rode bloedcellen
Bloedplaatjes
Bestrijden ziekteverwekkers
Vervoeren zuurstof met hemoglobine
Helpen bij de bloedstolling

Slide 3 - Drag question

Leerdoelen
  • Je kunt de delen waaruit je bloed bestaat benoemen en van ieder deel de functie beschrijven.
  • Je kunt uitleggen hoe bloed de stoffen door je lichaam vervoert.
  • Je kunt beschrijven wat er door inspanning in je lichaam verandert.  

Slide 4 - Slide

Hoe vervoert het bloed stoffen?
  • Je bloed neemt stoffen op, vervoert die stoffen, en geeft ze ergens anders weer af.
  • Opname en afgifte van stoffen gebeurd in de haarvaten.

Slide 5 - Slide

Transport via bloedplasma
  • Het bloedplasma vervoert bijna alle stoffen in je lichaam.
  • De stoffen zijn opgelost in het bloedplasma, net als suiker in thee.

  • Voorbeelden: Glucosedeeltjes, vitaminen, mineralen, hormonen, antistoffen en afvalstoffen (zoals koolstofdioxide)

Slide 6 - Slide

Transport via rode bloedcellen
  • Rode bloedcellen vervoeren zuurstof.
  • Dit gebeurt met behulp van hemoglobine
  • Zuurstof bindt zich vast aan de hemoglobine en laat ergens anders weer los.

Slide 7 - Slide

Bloedarmoede
  • Rode bloedcellen bevatten te weinig hemoglobine.
  • Je wordt snel moe, want er kan minder zuurstof vervoert worden.
  • Organen krijgen dus minder zuurstof.

  • Bloedarmoede kan ontstaan door een tekort aan ijzer.

Slide 8 - Slide

Wat verandert er bij inspanning?
  • Tijdens het sporten werken allerlei organen sneller.
  • Hiervoor is meer energie nodig.
  • Om meer energie te krijgen is er meer verbranding nodig.

Slide 9 - Slide

Verbranding

Slide 10 - Slide

Formule verbranding

Slide 11 - Slide

Voldoende glucose
  • Tijdens het sporten gaat het glucosegehalte in het bloed omlaag.

  • Aanvullen vanuit de 'reserves' namelijk: glycogeen.

  • Hormonen: Adrenaline & Glucagon zetten het glycogeen om in glucose.

Slide 12 - Slide

Voldoende zuurstof
  • Ook zuurstof heb je meer nodig tijdens het sporten.

  • Zuurstof vul je aan door tijdens het sporten sneller te ademen.

  • Ook je hart gaat sneller kloppen, waardoor je bloed sneller gaat stromen.

  • Als het bloed sneller stroomt, krijgen de spieren sneller meer zuurstof.

Slide 13 - Slide

Lezen en maken

Lezen 8.2 blz 103 t/m 113
Maken 8.2 opdracht 1 t/m 20

Slide 14 - Slide