5.3

• Biologie
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 4

5.3 monohybride kruisingen

mono = één => kruising waarbij je kijkt naar de overerving van één eigenschap, je noteert de genotypen

notatie: 

stap 1: P (oudergeneratie):     AA x aa

stap 2: geslachtscellen:          A en a

stap 3: F1 (eerste generatie): Aa (100%)

hulpmiddel: kruisingsschema

kruisingsschema:

P:

hoe groot is kans op een heterozygote nakomeling bij de kruising Aa x Aa?

1. 0%
2. 25%
3. 50%
4. 100%

hoe groot is de kans op een dominant fenotype bij de kruising Aa x aa?

1. 0%
2. 25%
3. 50%
4. 100%

hoe groot is de kans op een homozygoot genotype bij de kruising Aa x Aa?

1. 0%
2. 25%
3. 50%
4. 100%

hoe groot is de kans op een dominant fenotype bij de kruising Aa x Aa?

1. 25%
2. 50%
3. 75%
4. 100%

hoe groot is de kans op een intermediair fenotype bij de kruising ArAw x ArAw?

1. 0%
2. 25%
3. 50%
4. 75%

P: A^rA^w x A^rA^w

geslachtscellen: A^r en A^w / A^r en A^w

F1: A^rA^r (25%), A^wA^w (25%), A^rA^w (50%)

Ouders met bloedgroep A hebben twee kinderen. De eerste heeft bloedgroep 0. Hoe groot is de kans dat de tweede bloedgroep A heeft?

1. 25%
2. 50%
3. 75%
4. 100%

P: I^Ai x I^Ai

geslachtscellen: I^A en i / I^A en i

F1: I^AI^A (25%), I^Ai (50%), ii (25%)

bloedgroep A: I^AI^A + I^Ai = 25% + 50% = 75%

stambomen: betekenis van de symbolen

is de        eigenschap dominant of recessief?

is de eigenschap dominant of recessief?

1. dominant
2. recessief

is de        vrouw homozygoot of heterozygoot?

is de vrouw homozygoot of heterozygoot?

1. homozygoot
2. heterozygoot

is de        vrouw homozygoot of heterozygoot?

is de vrouw homozygoot of heterozygoot?

1. homozygoot
2. heterozygoot

is de        vrouw homozygoot of heterozygoot?

is de vrouw homozygoot of heterozygoot?

1. homozygoot
2. heterozygoot

verwerking

• maak opdracht 20 t/m 27 (oefenen monohybride kruisingen) + opdracht 35, 37, 38 (oefenen stambomen)