H8 voeding

H8 Voeding 

1 / 42
next
Slide 1: Slide
Natuur en techniekMBOStudiejaar 2

This lesson contains 42 slides, with interactive quiz and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

H8 Voeding 

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Wat is je lievelingseten?

Slide 3 - Open question

Hoofdstuk 8 Voeding
- Wat is voeding?
- Wat zijn voedingstoffen?
- Wat is gezonde voeding?
- Wat is ongezonde voeding?
- Hoeveel heb je nodig? (na de vakantie)
(periode 4 starten we met natuurkunde
Hoofdstuk 4 + 5 (statische) elektriciteit)

Slide 4 - Slide

Voeding (H8)
  • Alles wat je eet en drinkt noemen we voedingsmiddelen.
  • In voedingsmiddelen zitten voedingsstoffen.
  • Koolhydraten, eiwitten, vetten, water, vitaminen en mineralen heb je nodig (zijn essentieel) om lichaamsprocessen te laten plaatsvinden (bewegen, groei e.d)

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

oude schijf van vijf
nieuwe schijf van vijf

Slide 7 - Slide

koolhydraten
  • Wordt gebruikt als brandstof, bouwstof en reservestof
  • Bevat: suiker (sachariden), zetmeel (polysachariden) en cellulose (voedingsvezel)
  • Zit in: aardappelen, granen, rijst, pasta, brood, maar ook koek en snoep

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Zetmeel is opgebouwd uit veel suikermoleculen
(glucose: C6H12O6)

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Eiwitten
  • Worden gebruikt als bouwstof en brandstof.
  • Zit veel in vlees, vis, melkproducten, ei, peulvruchten.
  • Je hebt plantaardige en dierlijke eiwitten.
  • Eiwitten zijn opgebouwd uit aminozuren. 
  • Je hebt essentiële aminozuren, dat wil zeggen dat je lichaam die via voeding moet binnenkrijgen en niet uit andere aminozuren kan maken.

Slide 15 - Slide

voedingsmiddelen met veel eiwitten
van aminozuur naar eiwit

Slide 16 - Slide

scheikundige weergave enkele aminozuren
essentiële aminozuren 

Slide 17 - Slide

eiwit
van molecuul (aminozuur) naar eiwit (polypeptide)

Slide 18 - Slide

spierstelsel
opbouw spieren

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

vetten

Slide 21 - Slide

Vetten
  • Worden gebruikt als brandstof en reservestof
  • Zit in olie, margarine, boter, noten, vlees/vis, ei, sommige vruchten en groenten (kiemen), chocola e.d.
Er zijn plantaardige vetten en dierlijke vetten
- Verzadigde vetten
- Onverzadigde vetten





Slide 22 - Slide

Soorten vetten
Onverzadigde vetten: Gezonde vetten 

Verzadigde vetten: Ongezonde vetten. 

Slide 23 - Slide

Vetten
Uit glucose worden vetten gevormd, vetten komen voor in zaden.
Verzadigd vet
Onverzadigd vet

Slide 24 - Slide

Vetten (lipiden)
Verschillende soorten vet.
Vetten bestaan uit dezelfde atomen als glucose (C,H,O). Alle organismen kunnen glucose omzetten in vetten.

Slide 25 - Slide

Water
Je bestaat voor 60% uit water. 
Water is een belangrijke bouwstof. 
Bloed bestaat voor groot deel uit water.
Water vervoert stoffen.
Water zit veel in groente en fruit en dranken, zoals melk.

Slide 26 - Slide

groente en fruit
Zorgt voor vocht (water), maar ook voor vitamines en mineralen (spoorelementen)
Die helpen bij diverse lichaamsprocessen, zoals bloed (ijzer in bloed/ hemoglobine = eiwit)

Slide 27 - Slide

Indeling vitamines
  • Er zijn 13 vitamines
  • Ieder een specifieke functie.
  • Er zijn 2 hoofdgroepen: vet oplosbare vitamines en in water oplosbare vitamines.

Slide 28 - Slide

Vetoplosbare vitamines

Vitamine A
Vitamine D
Vitamine E
Vitamine K

Ezelsbruggetje: 
Deze vitamines houden niet van water dus blijven ze liever op de KADE
Wateroplosbare vitamines

Alle B-vitamines
Vitamine C

Slide 29 - Slide

vitamines 

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Slide

Vegan schijf van vijf

Peulvruchten: Eiwitten
Noten: Vetten
Fruit: Vitamines
Granen: Koolhydraten
Groente: Vitamines, Mineralen

Slide 33 - Slide

opdracht
  • Ga naar de website van het voedingscentrum of download de app "de eetmeter" in de appstore.
  • Houd een eetdagboek bij gedurende minimaal 3 dagen.
  • Noteer alles wat je eet, drinkt. 
  • Na de vakantie komen we op deze opdracht terug!
  • Tip: Vul in voor gemiddelde dagen

Slide 34 - Slide

planning
Na de vakantie: 
  • opdracht voeding bespreken
  • gaan we dieper in op wat je nodig hebt
  • behandelen we de spijsvertering

Slide 35 - Slide

de eetmeter
Maak een gratis account aan op de website van het voedingscentrum of download de app op je telefoon.
Ga alvast kijken hoe de app werkt, hoe kun je je maaltijd toevoegen?
Zet een timer in je telefoon zodat je niet vergeet de app in te vullen voor minimaal 3 dagen. Na de vakantie komen we terug op deze opdracht, dus dan moet je data hebben verzameld!
timer
10:00

Slide 36 - Slide

Slide 37 - Slide

Gezond eten
Schijf van 5: helpt jou om gezonder te eten.
  • Hoe groter het vak, hoe meer je ervan mag eten/drinken (advies)
  • Als je elke dag iets uit ieder vak eet, krijg je alle noodzakelijke voedingsstoffen binnen.

Slide 38 - Slide

Slide 39 - Slide

energiebehoefte
De energiebehoefte heeft te maken met:
  • jongen/meisje
  • leeftijd
  • groot/klein
  • activiteiten
  • Seizoen
Zolang je groeit, neemt je energiebehoefte toe. Bij ouderen neemt de energiebehoefte af.

Slide 40 - Slide

Energiebehoefte

Slide 41 - Slide

Hoe gezond eet jij?
Je hebt voor/ tijdens de vakantie een eetdagboek bijgehouden. Kijk goed naar wat er geadviseerd wordt volgens het voedingscentrum. 
Schrijf een korte conclusie en een aanbeveling n.a.v. je onderzoekje (eetdagboek). 

Slide 42 - Slide