Het is woensdagmiddag 16.30 uur. De huisarts krijgt een telefoontje vanuit het ziekenhuis. Dhr. D is ingenieur, werkzaam in een chemisch bedrijf, dertig jaar oud, gehuwd en vader van drie kinderen, waarvan de jongste 4 weken oud is. Hij patiënt in de huisartsenpraktijk. Op het bedrijf heeft zich een elektrocutie voorgedaan, waarbij D. is omgekomen. Aan de huisarts wordt gevraagd of hij de familie kan inlichten.