Argumenteren 4V les 6

Argumenteren
1 / 24
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Argumenteren

Slide 1 - Slide

donderdag 11 maart
  • Huiswerk drogredenen bespreken
  • Uitleg bij H2.4 → Aanvaardbaarheid van argumentatie

Slide 2 - Slide

Planning
do. 11/3 --> groep A: nakijken drogredenen 
                      + uitleg aanvaardbaarheid
vr. 12/3 --> groep B: formuleren bespreken + uitleg herhalen
di 16/3 --> groep B: aanvaardbaarheid nakijken
do 18/3 --> groep B: alles herhalen + lezen (leesboek mee)
vrij 19/3--> groep A: uitleg aanvaardbaarheid + nakijken
di 23/3 --> groep A: alles herhalen + lezen (leesboek mee)

Slide 3 - Slide

Doel van de les
Je weet hoe je de aanvaardbaarheid van argumentatie kunt bepalen in betogende en beschouwende teksten.

Slide 4 - Slide

Huiswerk bespreken
Bestudeer de uitleg en maak opdr. 12 t/m 18 op blz.15-19 uit het Katern Argumentatieve vaardigheden van NN 
(te vinden als pdf in Classroom) 

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Video

opdr. 11 blz. 17
  1. overhaaste generalisatie
  2. bespelen van het publiek
  3. cirkelredenering
  4. vertekenen van het standpunt
  5. persoonlijke aanval
  6. ontduiken van de bewijslast
  7. overhaaste generalisatie
  8. vertekenen van het standpunt
  9. vals dilemma
  10. onjuist beroep op autoriteit 

  • 11. overdrijven van de voordelen
  • 12. verkeerde vergelijking
  • 13. onjuiste oorzaak-gevolgrelatie
  • 14. onjuist beroep op eigenschap
  • 15. bespelen van het publiek 

Slide 7 - Slide

opdracht 12
dracht 12 Een land of cultuur zie ik als een pot groentesoep die eeuwig in bereiding is en waarvan soms wordt geproefd. Je kunt er ingrediënten aan toevoegen en de soep smaakt voor de een beter, voor de ander minder. Er komt echter een moment waarop het niet verstandig is om nog meer van een ingrediënt toe te voegen. De soep verliest zijn karakter of is zelfs ronduit mislukt. Dat de soep er is, kan niemand ontkennen, maar niemand vindt hem nog lekker. = E verkeerde vergelijking Dat de soep er is, kan niemand ontkennen = A bespelen van het publiek

Opdracht 13 Alle eigenwoningbezitters (= D overhaaste generalisatie) zijn egoïstische, kleinzielige 
Opdracht 12

Een land of cultuur zie ik als een pot groentesoep die eeuwig in bereiding is en waarvan soms wordt geproefd. Je kunt er ingrediënten aan toevoegen en de soep smaakt voor de een beter, voor de ander minder. Er komt echter een moment waarop het niet verstandig is om nog meer van een ingrediënt toe te voegen. De soep verliest zijn karakter of is zelfs ronduit mislukt. Dat de soep er is, kan niemand ontkennen, maar niemand vindt hem nog lekker. = E verkeerde vergelijking 
Dat de soep er is, kan niemand ontkennen = A bespelen van het publiek

Slide 8 - Slide

Opdracht 13 

Alle eigenwoningbezitters (= D overhaaste generalisatie) zijn egoïstische, kleinzielige lieden met hun geklaag (= E persoonlijke aanval)


Slide 9 - Slide

Opdracht 14 
Wie niet ziet dat de herinneringskunst van een vader die zijn verongelukte zoon herdenkt tegelijk ook scheppingskunst is en dat Tonio een intiem verhaal is dat een openbaar verhaal wordt omdat de vader een groot schrijver is (= A bespelen van het publiek), die zou je met alle 633 pagina’s om de oren willen slaan.
 

Slide 10 - Slide

Opdracht 15 

Je kunt een bloem niet laten bloeien door aan de knop te trekken. Dan gaat hij stuk en heb je niets. = D onjuiste vergelijking 

Slide 11 - Slide

Opdracht 16

Mensen die beweren dat 11/9 een gewone aanslag was, alleen wat groter, begrijpen niet waarover ze het hebben. = A bespelen van het publiek 

Slide 12 - Slide

Opdracht 17

Wat is erger, (vraagt Ten Broeke retorisch): iemand die dik is en ongelukkig, of iemand die na jarenlang diëten net zo dik is en nog ongelukkiger? = D vals dilemma 

Slide 13 - Slide

Opdracht 18

De omzet van het boekenvak kan meer dan verdubbelen. Je bereikt voor hetzelfde geld een veelvoud aan lezers en zal er alleen maar meer gelezen worden in plaats van minder. = C overdrijven van de voor- of nadelen 

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Video

tijd over
Begin alvast aan opdracht 19

Slide 21 - Slide

Poll als exit ticket

Slide 22 - Slide


Hoe vond je 
deze les?
😒🙁😐🙂😃

Slide 23 - Poll


Na deze les, 
wil ik...
de uitleg nog 1 keer horen
meer voorbeelden krijgen
meer oefeningen maken
de leerstof thuis nog even bekijken
overgaan naar nieuwe leerstof
nog meer te weten komen over de leerstof
niet meer te weten komen over de leerstof
nog iets anders (vul de vraag op de volgende slide in)

Slide 24 - Poll