6 les 14 2.0

les 14
Klaar voor de toets?
1 / 26
next
Slide 1: Slide
TaalBasisschoolGroep 8

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 20 min

Items in this lesson

les 14
Klaar voor de toets?

Slide 1 - Slide

Dit gaan we doen:
- oefenen met het gebruiken van dan of als
- persoonlijke voornaamwoorden op de juiste manier schrijven
- zinnen van de bedrijvende vorm in de lijdende vorm zetten
- samengestelde werkwoorden herkennen en benoemen of deze scheidbaar of niet scheidbaar is.

Slide 2 - Slide

dan of als
Wanneer gebruik je dan?
Wanneer gebruik je als?

Slide 3 - Slide

Ik lees liever de krant ... een tijdschrift.
A
dan
B
als

Slide 4 - Quiz

Ik vind een tekst in een krant prettiger lezen ... een tekst op een beeldscherm.
A
dan
B
als

Slide 5 - Quiz

Mijn broer leest net ... mijn zus bijna nooit.
A
dan
B
als

Slide 6 - Quiz

Mijn vader leest liever de krant op zin telefoon ... op papier.
A
dan
B
als

Slide 7 - Quiz

De kidnapper was dezelfde acteur ... de hoofdpersoon in het boek.
A
dan
B
als

Slide 8 - Quiz

Ik ben net ... als mijn moeder.
A
dan
B
als

Slide 9 - Quiz

Maak een zin met het woordje dan.

Slide 10 - Open question

Maak een zin met het woordje als.

Slide 11 - Open question

voornaamwoorden
Wat zijn veel voorkomende fouten?

Slide 12 - Slide

Hoe hebben ze ... kat behandeld?
A
jou
B
jouw

Slide 13 - Quiz

Ze hebben ... kat keurig uit de boom gehaald.
A
me
B
mijn

Slide 14 - Quiz

Hebben ... daar veel tijd voor nodig gehad?
A
ze
B
hun

Slide 15 - Quiz

Ik had haar na een uurtje weer in ... eigen huis.
A
me
B
mijn

Slide 16 - Quiz

Dus ... ervaring met de brandweer was goed?
A
je
B
jouw

Slide 17 - Quiz

lijdende vorm
Hoe zat dat ook al weer?

Ik schop tegen een bal.

Slide 18 - Slide

De meisjes halen water.

Slide 19 - Open question

Soms ontdekken ze een nieuwe bron.

Slide 20 - Open question

Meester David kookt morgen mijn lievelingseten.

Slide 21 - Open question

samengestelde werkwoorden
Laat maar horen!

Slide 22 - Slide

Op veel scholen blijven kinderen over.

Slide 23 - Open question

Ze eten samen hun lunch op.

Slide 24 - Open question

Dan voetballen ze op het plein.

Slide 25 - Open question

Op sommige scholen speel je toneel in de pauze.

Slide 26 - Open question