Oefentoets Hoofdstuk 5

• Economie
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 2

Oefentoets

Hoofdstuk 5 gaan we herhalen zodat je goed voorbereid bent op de toets van volgende week.

Zorg dat je een rekenmachine bij de hand hebt.

Patricia is begonnen met haar eigen winkel. Ze wil zo veel mogelijk klanten krijgen. Hoe noem je het als je zoveel mogelijk klanten wil krijgen voor je winkel/product?

Welke markt kun je niet bezoeken?

1. De Jumbo supermarkt
2. De energiemarkt
3. De kersmarkt in Maastricht
4. De bloemenmarkt

C&A heeft veel keuze uit kleding voor volwassenen en jongeren. Is dit vraag of aanbod?

1. Vraag
2. Aanbod

Mo heeft op de markt een kraam met noten en gedroogde zuidvruchten. Is dit vraag of aanbod?

1. Vraag
2. Aanbod

Nikita wil nieuwe schoenen. Is dit vraag of aanbod?

1. Vraag
2. Aanbod

Wat kan een handelaar doen om de vraag naar zijn producten te vergroten?

Hoe kun jij als consument invloed hebben op het aanbod van producten?

Een kilo kaas koopt iemand in voor € 7,80. Hij verkoopt de kaas met 65% brutowinstopslag. Wat is de verkoopprijs van de kaas?

De verkoopprijs van een bakje bloembollen is € 4,94. Ze worden ingekocht voor € 2,60. Bereken de brutowinstopslag in euro's en daarna in procenten van de verkoopprijs.

Wat is de juiste formule?

1. Afzet = omzet x verkoopprijs
2. Afzet = omzet + verkoopprijs
3. Omzet = afzet x verkoopprijs
4. Omzet = afzet / verkoopprijs

Btw betekent belasting over de totale waarde

1. Juist
2. Onjuist

Omzetbelasting is hetzelfde als btw

1. Juist
2. Onjuist

De prijs inclusief btw noem je ook wel de consumentenprijs

1. Juist
2. Onjuist

De overheid heeft plannen om het lage btw tarief van 9 naar 12% te verhogen. Welke producten worden dan duurder?

1. Auto's
2. Groente en fruit
3. De entreeprijs van een pretpark
4. Sportartikelen

De verkoopprijs van een fiets is € 495 exclusief btw. Bereken de verkoopprijs inclusief 21% btw.

Wat is de juiste berekeningsformule?

1. Brutowinst = omzet - inkoopwaarde
2. Brutowinst = omzet + inkoopwaarde
3. Brutowinst = omzet - bedrijfskosten
4. Brutowinst = Omzet - nettowinst

Jordy verkoopt op de markt 600 kg appels voor € 1,45 per kg en 240 kg peren voor € 1,95 per kg. Het fruit heeft hij voor € 650 ingekocht. Voor de marktkraam betaalt hij € 45, transport € 60 en verpakking € 20. Bereken de nettowinst.

In welke maand waren de bedrijfskosten het hoogst.

1. Januari
2. Februari
3. Maart
4. April

Einde van de oefentoets

Ga nog even oefenen met de begrippen via Quizlet.

Ik start de link op.