2025 T4 Examentraining

2025 T4 Examentraining
Maak veel examenopgaven!
1 / 30
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

2025 T4 Examentraining
Maak veel examenopgaven!

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Welke vragen krijg je sowieso op het examen?

Slide 2 - Mind map

Doel:

leerlingen voelen dat ze al het een en ander weten van het examen: vertrouwen.
Welke misten we nog?
  1. Wat is de functie van de afbeelding?
  2. Wat  is het schrijfdoel?
  3. Bij welke alinea begint de kern?
  4. Wat is de hoofdgedachte?
  5. Hoe wordt de tekst ingeleid?
  6. Wat is de aanleiding voor het schrijven van de tekst?
  7. Wat is de functie van de alinea?

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Welke misten we nog?
8. Wat is het deelonderwerp van de alinea?
9. Welk verband is er tussen de alinea's?
10. Welke zinnen horen bij een samenvatting?
11. Citeer.. woord / woordgroep / deelzin / zin / zinnen
11. Detailvragen 
12. Schrijf een brief / e-mail / instructie /verslag / advertentie / verslagn/nartikeln/ningezonden tekst of vul een formulier in.

Slide 4 - Slide

Vul aan als je nog iets mist!
Deze Training
  • Zelf oefenen
  • Samen kritisch nakijken
  • Tussendoor theorievragen
  • Plan van aanpak om zelf te oefenen 

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

30 seconden leestijd: waar gaat deze tekst over?

Slide 6 - Slide

Laat de leerlingen in 30 seconden zoveel mogelijk info verzamelen.

Hoofdonderwerp? Schrijf op.
Welke technieken heb je toegepast?
Wat is slim bij examen?
Waarom?

Doel: leerlingen oriënteren voordat ze in de details duiken en kunnen info beter plaatsen.
10 minuten leestijd: markeer hoofdzaken. Klaar? Steek hand op en maak vragen.

Slide 7 - Slide

Laat de leerlingen in 30 seconden zoveel mogelijk info verzamelen.

Welke technieken heb je toegepast?
Wat is slim bij examen?
Waarom?

Doel: leerlingen oriënteren voordat ze in de details duiken en kunnen info beter plaatsen.
Markeren bespreken
1. Waar gaat de tekst over? Structuur in grote lijnen?
2. Hoofdgedachte (zie volgende dia)
3. Welke alinea's horen bij de inleiding? 
    Hulpvraag: waar gaat de schrijver echt op de ontwikkelingen in?

Slide 8 - Slide

Zet een streep tussen inleiding en kern.
Zet een streep tussen kern en slot.
Markeer hoofdgedachte als dat kan.
Markeer kernzinnen.
Zet functiewoorden in de kantlijn.

Schrijf de hoofdgedachte op: maak een zin met het onderwerp 'ontwikkeling van de app Flitsmeister' erin.

Slide 9 - Open question

This item has no instructions

Maak de vragen.
Werk netjes en schrijf correct!
Klaar? Markeer de volgende tekst.

Slide 10 - Slide

This item has no instructions


Slide 11 - Open question

This item has no instructions

l;adkjfa;ldkfj
2. Doordat Flitsmeister .. gelijk aandacht. (34-36)

Slide 12 - Slide

This item has no instructions


Slide 13 - Open question

This item has no instructions

Text

Verbeter je spelling

Slide 14 - Slide

This item has no instructions


Slide 15 - Open question

This item has no instructions

Kijk nu kritisch al je vragen na en verbeter je antwoorden.

Slide 16 - Slide

Stel de vraag: hoe kijk je zo na dat je er veel van leert?
Neem de tijd om na te kijken!
Welke vragen had je fout?
1
4
5
6
8
9
10
11

Slide 17 - Poll

Bespreek de vragen die veel leerlingen fout hadden klassikaal.
Als er gevraagd wordt om een VERKLARING of OORZAAK, op welke signaalwoorden let je dan? blz. 46

Slide 18 - Open question

Pak je schrift.
Schrijf alle signaalwoorden van de oorzaak/verklaring opvallend/netjes/leerbaar op. 

Doel: je onthoudt ze!
Reden om iets te doen
A
Conventie
B
Aanleiding
C
Intentie
D
Nuance

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions

Anekdote
A
Voorbeeld
B
Aanplakbiljet
C
Bewering
D
Leuk kort verhaal

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions

Consequentie
A
Middel
B
Bewijs
C
Gevolg
D
Deel ergens van

Slide 21 - Quiz

This item has no instructions

Leer de begrippen vanaf blz. 68!

Gebruik je woordenboek bij het oefenen.

Slide 22 - Slide

Waarom moet je de begrippen leren? Je kunt ze toch gewoon opzoeken in het woordenboek?

Werkgeheugen
Moeilijke uitleg
Met oefenen begrijp je de betekenis beter
Advertentie
1. Doel? Hoe weet je dat?
2. Hoe ondersteunt de afbeelding de tekst?
3. Doelgroep?

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Als er gevraagd wordt om een TEGENSTELLING, op welke signaalwoorden let je dan? blz. 46

Slide 24 - Open question

Pak je schrift.
Schrijf alle signaalwoorden van de tegenstelling opvallend/netjes/leerbaar op. Doel: je onthoudt ze!
Schrijfopdracht
1. Lees de opdracht en markeer belangrijke zaken.
2. Markeer met een andere kleur de voorbeelden die je niet mag gebruiken (zie streepje 4 en 5).
3. Lees tekst 4 en markeer kernzinnen.
4. Schrijf nu het artikel voor de website van de school.

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Typ het deel van de tekst dat je hebt over. Verbeter je taalfouten.

Slide 26 - Open question

This item has no instructions

Typ hier je verbeterde tekst als je geen punten had. Typ het volgende deel als je de punten wel gehaald hebt.

Slide 27 - Open question

This item has no instructions

Nakijken en Verbeteren
1. Kijk je tekst na.
2. Verbeter je tekst.
3. Vraag een buurman of -vrouw om je taalfouten aan te strepen.
4. Verbeter je tekst nog een keer.

Klaar? Maak de vragen bij tekst 4.

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

ldkfja
1. Markeer tekst 2.

2. Maak de vragen.

Slide 29 - Slide


Wat is ook alweer belangrijk bij het markeren?

-inleiding, slot lezen: ow en hg
-kernzinnen als je ze ziet
-functiewoorden als het lukt

10 minuten in stilte, erna mag je vragen stellen.

Slide 30 - Slide

This item has no instructions