MP - H4 - H5 toets

• Bedrijfseconomie
• MBO
• Studiejaar 1

Waar gaat het over bij “WIE” in de business definition?

1. Wie de taak gaat uitvoeren
2. Op wie de organisatie zich richt

Waarvoor staat de afkorting SMART?

1. Spaar, Matig, Acceptabel, Realistisch, Tijdig
2. Specifiek, Mogelijk, Acceptabel, Realistisch, Titel
3. Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Realistisch, Tijdgebonden
4. Specifiek, Maakbaar, Acceptabel, Realistisch, Tijdig

Zet de woorden in de juiste volgorde

1.

2.

3.

Exposure

Aandacht

Begrip

Hoe noemen we twee (of) meer bedrijven die samenwerken aan de ontwikkeling van een nieuw product?

1. Customization
2. Co-creatie
3. Integratie
4. Co-branding

Wat betekent missie

1. Waar je voor gaat
2. Waar je voor staat

Wat betekent visie

1. Waar je voor gaat
2. Waar je voor staat

Wat is een mission statement?

1. Formele omschrijving van de missie
2. omschrijving van een idee
3. visueel plan
4. een presentatie

Wat is geen onderdeel van de BCG-matrix?

1. Cash cow
2. Star
3. Moon
4. Problem Child

De conciërge van het Hoornbeeck College is iemand uit de

1. Banenmarkt
2. Technische wereld
3. Stakeholdersgroep
4. Marktomgeving

Wat is belangrijker continuïteit of winst?

Zet de woorden in de juiste volgorde

1.

2.

Continuïteit

Winst

Wat betekent SBU?

1. Samen Broodjes Uitdelen
2. Speciale Bedrijf Unit
3. Strategie Business Units
4. Strategisch Business Unit

Waar houdt een Contentmanager zich mee bezig?

1. De inhoud van marketingactiviteiten online
2. De continuïteit van de marketingactiviteiten
3. Met managen van de organisatie
4. Met het Hoornbeeck College

Hoe moet je doelstellingen omschrijven?

1. Is niet nodig
2. Naar eigen inzicht
3. Met woorden
4. SMART

Wat is corebusiness?

1. Centrale zaken
2. Kernwaarden
3. Geen idee
4. Kernactiviteiten van een onderneming

Zet de woorden in de juiste volgorde

1.

2.

3.

ondernemingsdoel

marketingdoel

communicatiedoel

Hoe noem je de
afbeelding
hiernaast?

1. Organisatiestructuur
2. Organogram
3. Processchema
4. Commercieafdeling