Taalschat blok 1 Homoniem, homofoon en verhaspeling

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo g, t
• Leerjaar 2

- Uitleg Over taal blok 1 - taalbeschouwing

 Homoniemen, homofonen en    verhaspeling

Lesdoelen

Woordenschat:

Je begrijpt de betekenis van verschillende woorden en woorden uit diverse teksten (huiswerk).

Taalbeschouwing:

Je leert het verschil tussen een homoniem en homofoon. Je maakt kennis met het begrip verhaspeling.

Homoniem

een woord met twee betekenissen

- sla

- schop

- schotel

Wat is een homoniem?

Bedenk een voorbeeld
van een homoniem.

Homofoon

Een woord dat hetzelfde klinkt, maar dat je anders schrijft en dat iets anders betekent.

hard - hart

dauw - douw

Bedenk een voorbeeld
van een homofoon.

Wat is een verhaspeling?

Wat is een verhaspeling?

1. Een soort elektriciteitskabel
2. Een spellingfout
3. Een stekkerdoos van kunststof
4. Als je twee woorden of uitdrukkingen door elkaar haalt

We moeten onze eigen cijferlijst uitprinten.

1. verhaspeling
2. geen verhaspeling

Op welk taalfenomeen is deze grap gebaseerd?

1. homofoon
2. homoniem

Huiswerk

Learnbeat 1.4 Over taal: 

B Taalbeschouwing.

Lees voordat je begint, eerst de uitleg aandachtig door.

Klaar?

Nieuwsbegrip - woordenschat