8.4 verandering in ecosystemen (dl1)

Verandering in ecosystemen (dl1)
Even inloggen met deze code van lessonup dan kunnen we snel beginnen!
1 / 29
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Verandering in ecosystemen (dl1)
Even inloggen met deze code van lessonup dan kunnen we snel beginnen!

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen
  • Kunnen uitleggen welke invloeden biotische en abiotische factoren hebben op een populatie
  • het kunnen verklaren van verandering in populatie grote
  • de termen Interspecifieke  en Intraspecifieke concurrentie kunnen uitleggen
  • Vier methodes kunnen noemen en uitleggen om populatie grote te bepalen

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

hoe noem je een groep organismen van dezelfde soort die niet in tijd of plaats van elkaar gescheiden zijn en dus (theoretisch) met elkaar kunnen voortplanten
A
Ecosysteem
B
Biotoop
C
Populatie
D
Groep

Slide 3 - Quiz

This item has no instructions

Wat is een voorbeeld van abiotische factor die van invloed is op een konijn?
A
Hoeveelheid andere konijnen
B
Hoeveelheid wortels in de grond
C
Grondsoort in de leefomgeving
D
Hoeveelheid vossen in de leefomgeving

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

Biotische factoren= invloed van andere organismen op een organisme. Vb: 
  • Concurrenten
  • Voedsel
  • Predatoren
  • Ziekteverwekkers
  • Enz...
Abiotische factoren: invloed van de niet-levende natuur op een organisme. Vb:
  • Water
  • Wind
  • Zon
  • Aarde
  • Zoutgehalte
  • Enz..


Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Regulerende factoren op een populatie

  • Abiotische factoren
  • Biotische factoren
  • Intraspecifieke concurrentie
  • Interspecifieke concurrentie 
  • Predatie
  • Migratie

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Tolerantiegrenzen

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Welke curve is de blauwe reiger?

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Welke curve was de Blauwe reiger?
A
grafiek Q
B
grafiek P

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Wat is een voorbeeld van beperkende factor voor een boom?
A
Het hebben van een hoeveelheid bladeren.
B
De aanwezigheid van stikstof in de lucht.
C
De hoeveelheid water in de grond.
D
De aanwezigheid van konijnen in de buurt.

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

interspecifieke concurentie vs intraspecifieke concurentie

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

wanneer een buitenstaande leeuw een bestaande troep probeert binnen te dringen vechten de mannetjes om het territorium. waar is dit een voorbeeld van?
A
Interspecifieke concurentie
B
intraspecifieke concurentie

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

Predator-prooirelatie
Carnivoren
Herbivoren 
Omnivoren
Predatoren: soorten die op andere soorten bouwen voor hun energievoorziening. (OOK herbivoren)

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

De grenzen zijn vaak vaag..

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Predator-prooirelatie

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Reguleren de lemmingen de hermelijnen?
A
Ja
B
Nee
C
Dat kun je niet concluderen
D
Waarschijnlijk wel

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

Slide 17 - Slide

de afname van de lemmingen hoeft niet te komen door de hermelijnnen maar kan ook door een andere predator gebeuren. 

daarnaast zijn er ook andere redenen voor plotselinge afname van lemmingen.

zie ook de afname van hermelijnen terwijl de lemmingen nog toenemen 

Migratie
Rood: broedgebied, blauw: overwinteringsgebied, groen: trekroutes
Immigratie = binnen komen in nieuwe populatie
Emigratie = bij een populatie weg gaan 
Noordse stern

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

wanneer een vogel zich in een niewe kolonie vesticht is dit dan immigratie of emigratie voor de niewe kolonie
A
Immigratie
B
Emigratie

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions

populatie grote bepalen 
  • aantallen tellen 
  • steekproef nemen 
  • schatten
  • vangen merken en terugzetten

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

steekproef nemen 

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

aantallen tellen

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Schatten

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

William wil het aantal egels in een groot stadspark gaan bepalen. Hij gebruikt daarvoor de methode van merken, vangen en weer terugvangen. Met zijn 5 egelvallen vangt hij de eerste keer in totaal 4 egels, die hij markeert met een rode stip. De egels worden weer losgelaten en drie dagen later vangt William weer egels. Hij vangt er nu 6 waarvan 2 egels een stip hebben.

Hoe groot is de populatie egels in het park?

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Hoeveel egels zijn er?
A
3
B
12
C
10
D
15

Slide 26 - Quiz

This item has no instructions

Lees het verhaal over het rugbyveld...

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Hoeveel konijnen ving hij de eerste keer?

A
189 konijnen
B
14000 konijnen
C
440 konijnen
D
278 konijnen

Slide 28 - Quiz

This item has no instructions

Geef jou Mening over mij Anoniem 



via icalt.nl/go/xDj8eGz

Slide 29 - Slide

This item has no instructions