Omgeving en relaties V4

Vandaag
  • Kort herhalen vorige lesstof
  • paragraaf 6.3 en 6.4
1 / 32
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Vandaag
  • Kort herhalen vorige lesstof
  • paragraaf 6.3 en 6.4

Slide 1 - Slide

De vorige les
  • Soort?
  • Populatie?
  • Beperkende factor?

Slide 2 - Slide

Wat is een soort?
A
Individuen met sterke genetische overenkomsten.
B
Individuen die vruchtbare kinderen kunnen krijgen.
C
Individuen die nakomelingen kunnen maken.
D
Individuen die genetisch niet te onderscheiden zijn.

Slide 3 - Quiz

Wat is een populatie.
A
Een groep soorten.
B
Een groep individuen.
C
Een aantal dieren van dezelfde soort.
D
Een aantal organismen van dezelfde soort.

Slide 4 - Quiz

Wat is een voorbeeld van beperkende factor voor een boom?
A
Het hebben van een hoeveelheid bladeren.
B
De aanwezigheid van stikstof in de lucht.
C
De hoeveelheid water in de grond.
D
De aanwezigheid van konijnen in de buurt.

Slide 5 - Quiz

Lees het verhaal over het hockeyveld...

Slide 6 - Slide

Hoeveel konijnen ving hij de eerste keer?

A
189 konijnen
B
14000 konijnen
C
440 konijnen
D
278 konijnen

Slide 7 - Quiz

Vandaag
Leerdoelen
  • Je leert hoe de omgeving bepaalt welke soorten er kunnen leven.
  • Je leert welke voedselrelaties er tussen organismen bestaan.
  • Je leert welke langdurige relaties er tussen organismen bestaan.

Slide 8 - Slide

Termen
  • (a)biotische factoren
  • tolerantiegebied/tolerantiegrens/optimumgebied
  • predator-prooirelatie
  • voedselweb
  • accumulatie
  • mutualisme/ commensalisme (epifytisme)/ parasitisme

Slide 9 - Slide

Biotische factoren= invloed van andere organismen op een organisme. Vb: 
  • Concurrenten
  • Voedsel
  • Predatoren
  • Ziekteverwekkers
  • Enz...
Abiotische factoren: invloed van de niet-levende natuur op een organisme. Vb:
  • Water
  • Wind
  • Zon
  • Aarde
  • Zoutgehalte
  • Enz..


Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Tolerantiegrenzen

Slide 12 - Slide

Welke curve is de blauwe reiger?

Slide 13 - Slide

Welke curve was de Blauwe reiger?
A
grafiek Q
B
grafiek P

Slide 14 - Quiz

Predator-prooirelatie
Carnivoren
Herbivoren 
Omnivoren
Predatoren: soorten die op andere soorten bouwen voor hun energievoorziening. (OOK herbivoren)

Slide 15 - Slide

De grenzen zijn vaak vaag..

Slide 16 - Slide

Predator-prooirelatie

Slide 17 - Slide

Er zijn altijd meer predatoren dan prooien in een predator-prooirelatie.
A
waar
B
niet waar

Slide 18 - Quiz

Slide 19 - Slide

Wie zijn de consumenten van de 2e orde?
A
leeuw, aap, lynx, jaguar
B
jaguar, gier, das, slang
C
giraffe, neushoorn, sprinkhaan, muis
D
hert, slang, vogel, neushoorn

Slide 20 - Quiz

Wat zijn consumenten van de 3e orde?
A
leeuw, jaguar, gier, das
B
gier, das, jaguar, slang
C
slang, gier, das, jaguar
D
hert, lynx, muis, kip

Slide 21 - Quiz

Verstoorde voedselketens
  • Ziektes 
  • Gif

Slide 22 - Slide

Accumulatie

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

Epifyten

Slide 28 - Slide

Dit is een voorbeeld van..
A
commensalisme
B
epifytisme
C
parasitisme
D
mutualisme

Slide 29 - Quiz

Dit is een voorbeeld van...
A
commensalisme
B
epifytisme
C
parasitisme
D
mutualisme

Slide 30 - Quiz

Dit is een voorbeeld van...
A
commensalisme
B
epifytisme
C
parasitisme
D
mutualisme

Slide 31 - Quiz

Je kunt nu...
..beschrijven hoe de omgeving bepaalt welke soorten er kunnen leven.
..beschrijven welke voedselrelaties er tussen organismen bestaan.
..beschrijven welke langdurige relaties er tussen organismen bestaan.

Slide 32 - Slide