This lesson contains 48 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Items in this lesson
Slide 1 - Video
concurrentiegeoriënteerde prijsstrategie
vraaggeoriënteerde prijsstrategie
kostengeoriënteerde prijsstrategie
afroomprijsstrategie (skimming)
penetratieprijsstrategie
Bij de introductie van een product een hoge prijs om de kosten snel terug te verdienen. Na verloop van tijd daalt de prijs geleidelijk.
De prijs van de concurrenten geldt als uitgangspunt.
Eerst een lage prijs hanteren en na verloop van tijd veranderen in een hogere prijs zodra marktaandeel op de concurrenten is gewonnen.
Je neemt de kosten als basis voor je verkoopprijs.
De klant staat centraal. Hierbij bepaal je de prijs op basis van wat potentiële klanten bereid zijn te betalen voor het product en hoeveel vraag ernaar is.
Slide 2 - Drag question
Welk bedrijf hanteert de afroomprijsstrategie (skimming)?
Slide 3 - Open question
Welk bedrijf hanteert de penetratieprijsstrategie?
Slide 4 - Open question
Welke prijsstrategie gebruikt Apple?
A
Afroomprijsstrategie
B
Penetratieprijs strategie
C
kostengeoriënteerde prijsstrategie
D
concurrentiegeoriënteerde prijsstrategie
Slide 5 - Quiz
Een ondernemer berekent een winstmarge over de productieprijs om de verkoopprijs te bepalen.
Welke prijsstrategie gebruikt de ondernemer?
A
Concurrentiegeoriënteerde prijsstrategie
B
Kostengeoriënteerde prijsstrategie
C
Vraaggeoriënteerde prijsstrategie
D
Afroomprijsstrategie
Slide 6 - Quiz
Keurmerk
Een keurmerk is een hulpmiddel op de verpakking van voedingsmiddelen voor het maken van een duurzame of gezonde keuze. Een keurmerk geeft bijvoorbeeld aan dat het product is gemaakt met extra aandacht voor het milieu of dierenwelzijn.
Slide 7 - Slide
Waar staat dit keurmerk voor?
A
Eerlijke handel en lonen
B
Natuurlijke voedingsstoffen
C
In eigen land geproduceerd
D
Het product is duurzaam tot stand gekomen
Slide 8 - Quiz
Wat is dit voor een keurmerk?
A
Biologisch keurmerk
B
Beter leven keurmerk
C
Ecologisch keurmerk
D
Fairtrade keurmerk
Slide 9 - Quiz
Welk keurmerk is dit?
A
Vinkje
B
EKO
C
Vegetarisch
D
Glutenvrij
Slide 10 - Quiz
Toetsterm 3.9
Slide 11 - Slide
Follow the leader
Me-too pricing
Put-out pricing
Stay-out pricing
Prijsdifferentiatie
Prijsdiscriminatie
Psychologische prijssetting
Kostprijsplus
Loss leader pricing
Going-rate pricing
Prestige pricing
Slide 12 - Slide
Follow the leader: wat betekent het?
Slide 13 - Open question
Slide 14 - Slide
Me-too pricing: wat betekent het?
Slide 15 - Open question
Slide 16 - Slide
Put-out pricing: wat betekent het?
Slide 17 - Open question
Slide 18 - Slide
Stay-out pricing: wat betekent het?
Slide 19 - Open question
Slide 20 - Slide
Als de andere (kleinere) aanbieders de prijsveranderingen van de marktleider volgen, spreken we van:
A
Me-too pricing
B
Put-out pricing
C
Follow the leader
D
Stay-out pricing
Slide 21 - Quiz
Action maakt gebruik van ... pricing
A
Stay-out
B
Put-out
C
Follow-the-leader
D
Loss-leader
Slide 22 - Quiz
Een fabrikant van heftrucks hanteert extreem lage prijzen om de concurrentie uit de markt te verdrijven. Welke methode van prijszetting past deze fabrikant toe?
A
Me-too pricing
B
Follow the leader
C
Put-out pricing
D
Stay-out pricing
Slide 23 - Quiz
Een aardappelgroothandel heeft besloten zijn prijzen op het prijsniveau van de grootste concurrenten vast te stellen. Welke prijsstrategie past de aardappelgroothandel toe?
A
put-out pricing
B
me-too pricing
C
Follow the leader
D
Stay-out pricing
Slide 24 - Quiz
Prijsdifferentiatie: wat betekent het?
Slide 25 - Open question
Slide 26 - Slide
Prijsdiscriminatie: wat betekent het?
Slide 27 - Open question
Slide 28 - Slide
Psychologische prijssetting: wat betekent het?
Slide 29 - Open question
Slide 30 - Slide
Wat is het verschil tussen prijsdiscriminatie & prijsdifferentiatie
A
prijsdiscriminatie gaat over de locatie, prijsdifferentiatie is de leeftijd
B
Er is geen verschil
C
prijsdiscriminatie gaat over 1 bepaald product, prijsdifferentiatie gaat om meerdere producten
D
prijsdiscriminatie gaat om of de klant een man of vrouw is
Slide 31 - Quiz
Kaartjes voor een familievoorstelling in schouwburg Bellevue kosten € 9,50. Kinderen tot 12 jaar hoeven slechts € 4,25 te betalen.
Welke methode van prijszetting past de organisatie van het evenement toe?
A
Prijsdifferentiatie
B
Prijsdiscriminatie
C
Psychologische prijszetting
Slide 32 - Quiz
Bij een kledingwinkel krijgt elke klant bij aankoop van drie producten het goedkoopste artikel gratis. Welke methode van prijszetting past deze kledingwinkel toe?
A
Prijsdifferentiatie
B
Prijsdiscriminatie
C
Psychologische prijsstelling
Slide 33 - Quiz
Korting alleen voor members van HM is een vorm van
A
prijsdifferentiatie
B
prijsdiscriminatie
C
psychologische prijsstelling
Slide 34 - Quiz
Dit is een voorbeeld van ?
50 euro en 15 euro
A
prijsdiscriminatie
B
prijsdifferentiatie
C
psychologische prijsstelling
Slide 35 - Quiz
Kostprijsplus: wat betekent het?
Slide 36 - Open question
Slide 37 - Slide
Loss leader pricing: wat betekent het?
Slide 38 - Open question
Slide 39 - Slide
Going-rate pricing: wat betekent het?
Slide 40 - Open question
Slide 41 - Slide
Prestige pricing: wat betekent het?
Slide 42 - Open question
Slide 43 - Slide
Bij de kostprijsplusmethode maak je altijd winst
A
juist
B
onjuist
Slide 44 - Quiz
Sommige bedrijven gaan bij ... pricing nog een stapje verder door het product tegen een dusdanig lage prijs te verkopen, dat er verlies op het product wordt geleden.
A
Stay-out
B
Put-out
C
Follow-the-leader
D
Loss-leader
Slide 45 - Quiz
De Efteling past de volgende prijsstrategie toe:
A
Discount pricing
B
Loss-leader pricing
C
Prijsdifferentiatie
D
Prijsdiscriminatie
Slide 46 - Quiz
Bij going rate pricing wordt de prijs bepaald door:
A
Gemiddelde marktprijs
B
Prijs van de concurrent
C
Prijs van de prijsleider
Slide 47 - Quiz
Een fabrikant van heftrucks hanteert extreem lage prijzen om de concurrentie uit de markt te verdrijven. Welke methode van prijszetting past deze fabrikant toe?