H3 fictie alles

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

fictie

tijd om jullie kennis te meten!

te doen:

• quiz met kennisvragen
• kleine ronde open vragen m.b.t. je leesboek
• lezen en zelf studeren

Uit het verhaal blijkt betrokkenheid bij een bepaalde problematiek. Dit noem je:

1. literatuur
2. realistische fictie
3. engagement
4. non-fictie

een motief ondersteunt:

1. het genre van het boek
2. het thema van het boek
3. de daad van een personage
4. een mooie kaft van het boek

Antwoord op de vraag waarover het verhaal nog meer gaat, afgezien van de personages en gebeurtenissen.

1. thema
2. diepere laag
3. engagement
4. actualiteit in het verhaal

Als je van meerdere personen in een verhaal weet wat ze denken en voelen, is er sprake van een ......... De ene keer zit je in het hoofd van de ene persoon en de andere keer in het hoofd van een andere persoon.

1. hij/zij perspectief
2. naïef perspectief
3. personale verteller
4. wisselend perspectief

Wat is literatuur?

Verhaal dat zich afspeelt in een angstaanjagende, toekomstige wereld.

1. dystopie
2. science fiction
3. fantasy
4. horror

Een verhaal waarin een grote rol is weggelegd voor een (nog) niet-bestaande of gebruikte technologie.

1. dystopie
2. science fiction
3. fantasy
4. horror

Welke karaktereigenschap heeft de hoofdpersoon in jouw boek?

Wat is het perspectief in jouw boek?

en nu?

Wat heb je nog nodig om je goed voor te bereiden op fictie?

Wat ga je doen?

Wat is je doel?

te doen:

leren: fictie A t/m F (zonder poëzie)

lezen in je leesboek

maken: voorbereidende vragen bij je leesboek