230214 CVRM 2.1

14-02-23
KZD specifieke doelgroepen 
Start CVRM 
1 / 45
next
Slide 1: Slide
Keuzedeel spdgMBOStudiejaar 3

This lesson contains 45 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

14-02-23
KZD specifieke doelgroepen 
Start CVRM 

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Welke medicatie kan voor hypertensie worden voorgeschreven?

Slide 2 - Mind map

RAAS-remmers. thiaziden, betablokker, calciumantagonsten, aldosteronantagonist (= K-sparend diureticum=spironolacton)
Welke medicatie ken je om het cholesterol te verlagen?

Slide 3 - Mind map

This item has no instructions

Wat moet er bij 1 staan?
A
ACE
B
Angiotensine I
C
Angiotensine II
D
Angiotensinogeen

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

Wat moet er bij 2 staan?
A
ACE
B
Angiotensine I
C
Bradikinine
D
Renine

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

Wat moet er bij 3 staan?
A
ACE
B
Angiotensine I
C
Angiotensine II
D
Angiotensinogeen

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

Wat moet er bij 4 staan?
A
ACE
B
Angiotensine I
C
Angiotensine II
D
Bradykinine

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

Wat moet er bij 5 staan?
A
ACE
B
Angiotensine I
C
Angiotensine II
D
Bradykinine

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

Wat moet er bij 6 staan?
A
ACE
B
Angiotensine I
C
Angiotensine II
D
Bradykinine

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Slide 11 - Slide

A; 8% sterfte  32-42% sterfte + ziekte
B 5% sterfte;  17-22% sterfte + ziekte

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

1. In de NHG-standaard wordt er gesproken over cardiovasculair risicomanagement (CVRM). Vertel in eigen woorden wat dit inhoudt en geef aan wat de doelstellingen zijn.

Slide 15 - Open question

This item has no instructions

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

2) IIn de NHG-standaard heeft men het over het maken van een risicoprofiel en risicoschatting voor hart- en vaatziekten (HVZ). Wat houdt dit in?

Slide 17 - Open question

This item has no instructions

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

3) Een risicoprofiel wordt niet bij alle patiënten opgesteld. Bij welke patiënten wordt er altijd een risicoprofiel opgesteld?

Slide 19 - Open question

This item has no instructions

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

4) Er zijn geneesmiddelen die kunnen zorgen voor een stijging in de bloeddruk. Welke geneesmiddelen kunnen de bloeddruk verhogen?

Slide 21 - Open question

This item has no instructions

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

5) Wat is het verband tussen de body-mass index (BMI) en HVZ? Hoe wordt de BMI berekend?

Slide 23 - Open question

This item has no instructions

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

6) Bestudeer het onderdeel “Risicoschatting met behulp van risicotabel” en tabel 3 in de NHG-standaard. Hoe hoog is het risico op HVZ voor de volgende patiënten en moeten ze worden behandeld met medicatie?

Slide 25 - Open question

This item has no instructions

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

a. Een vrouw van 60 jaar rookt niet. Haar bloeddruk is 90/140 en haar cholesterolratio is 4. Zij weegt 100 kg en is 1 meter 60 lang.

Slide 28 - Open question

This item has no instructions

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

b.Een vrouw van 65 jaar rookt wel. Haar bloeddruk is 90/140 en haar cholesterolratio is 4. Zij weegt 100 kg en is 1 meter 60 lang.

Slide 30 - Open question

This item has no instructions

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

c. Een man van 60 jaar rookt niet. De bloeddruk is 90/140 en de cholesterolratio is 4. Hij weegt 100 kg en is 1 meter 90 lang.

Slide 32 - Open question

This item has no instructions

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

d. Een vrouw met diabetes mellitus van 55 jaar rookt niet. Haar bloeddruk is 90/140 en haar cholesterolratio is 4. Zij weegt 100 kg en is 1 meter 60 lang

Slide 34 - Open question

This item has no instructions

Slide 35 - Slide

This item has no instructions

e. Een man met reumatoïde artritis van 55 jaar rookt niet. Zijn bloeddruk is 90/140 en haar cholesterolratio is 4. Hij weegt 100 kg en is 1 meter 90 lang.

Slide 36 - Open question

This item has no instructions

Slide 37 - Slide

This item has no instructions

7. Welke gnm worden gebruikt voor hypertensie

Slide 38 - Mind map

This item has no instructions

Slide 39 - Slide

This item has no instructions

Slide 40 - Slide

This item has no instructions

8) Leg in eigen woorden uit hoe de geneesmiddelen in vraag 7 werken en noem een voorbeeld van een geneesmiddel die in de groep valt.
  • Diureticum
  • Calciumantagonist 
  • ACE-remmer
  • AT2-antagonist
  • Betablokker

Slide 41 - Slide

This item has no instructions

Slide 42 - Slide

This item has no instructions

Slide 43 - Slide

This item has no instructions

Slide 44 - Slide

This item has no instructions

Huiswerk

CVRM 2.2

Slide 45 - Slide

This item has no instructions