Sociale wetgeving werd versterkt: algemeen kiesrecht voor mannen (1917) en vrouwen (1922), Achturige werkdag (1919)
WOI: Nederland neutraal
10 mei 1940: Duitsers vallen Nederland binnen
3
Slide 13 - Slide
De cultuurbeweging die tijdens WO-I tot ontwikkeling kwam wordt het modernisme genoemd.
- talrijke stromingen - radicaal nieuwe kunst - bloeide vooral tijdens de roaring twenties
4
Slide 14 - Slide
§54: Het modernisme
De alinea's die behoren bij Muziek hoef je niet te kennen!
Slide 15 - Slide
19e eeuwse beeldende kunst
- realistisch / impressionistisch - Gaf de werkelijkheid zo goed mogelijk weer - toegankelijk
vroeg 20e eeuwse beeldende kunst
- Beeldende kunst moest gevoelens uitdrukken ten koste van de werkelijkheid - d.m.v. kleuren, vormen of afbeeldingen. - verwijst naar zichzelf - lastig te begrijpen (werd verboden door vele dictatoriale bewinden)
1
Slide 16 - Slide
Opkomst nieuwe kunstvorm: film!
- Door montage heel anders dan 'verfilmd toneel' - Eisenstein - 1927: eerste film met kleur en geluid (The jazz singer) - 1933: eerste kleurenfilms van Disney.
- Accent ligt op gevoel ten koste van de waarneming - gedeformeerde realiteit - abstract of non-figuratief - band met werkelijkheid werd zwakker - fauvisme in Frankrijk (= wild dier)
1
Slide 20 - Slide
Literatuur
- Expressionisme staat tegenover het impressionisme - Uitdrukken van een gevoel d.m.v. het weergeven van beelden.
Voornamelijk terug te vinden in de poëzie. --> Poésie pure: gedichten waarin het niet gaat om het weergeven van concrete inhoud, maar waarin een sfeer, een beeld wordt opgeroepen. - Leidt soms tot absurdisme (Kafka)
2
Slide 21 - Slide
Impressionisme
Wel rijm, metrum en regelmatige strofebouw
Normale zinnen
Veel bnw
Onderwerpen en beeldspraak vaak ontleend uit de natuur
Traditionele poëzie
Expressionisme
Geen of minder rijm, metrum, regelmatige strofebouw
Onvolledige, niet grammaticale zinnen
Emotie / gevoel wordt direct geuit d.m.v. ongewone woordcombinaties (violette schemer)
Onderwerpen en beeldspraak vaak ontleend uit het stadsleven
Vrije vers
3
Slide 22 - Slide
Slide 23 - Slide
Dit uur ga je zelfstandig aan de slag
- Lezen in je leesboek
- Werken aan je gedichtenpresentatie - Maken van werkboekopdrachten H5: 40, 41, 42.1, 42.2, 43, Tussentoets 40-44, 45, 46, 47.1, 48, 49.1, 49.2, 50