2 KGT Th.3.3 Verandering van fase

Wat weten we nog van de vorige les?
1 / 18
next
Slide 1: Slide
Nask / BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 18 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Wat weten we nog van de vorige les?

Slide 1 - Slide

Moleculen en atomen
3 TOESTANDEN
IJS
WATER
WATERDAMP

Slide 2 - Slide

Kristallen
Sneeuw bestaat uit ijskristallen die allemaal mooie vormen hebben. Maar in al die verschillende vormen kun je steeds dezelfde zeshoekige structuur herkennen.
Deze kristalstructuur is kenmerkend voor ijs.

Veel vaste stoffen hebben een eigen kenmerkende kristalstructuur.

Slide 3 - Slide

smelt boven 300'C
het kookt boven de 1400'C

Slide 4 - Slide

Neerslag!
Dauw 
Rijp 
IJzel

Slide 5 - Slide

Temperatuur
Temperatuur kun je meten met een thermometer:
  • vloeistofthermometer
  • digitale thermometer
  • oventhermometer

Slide 6 - Slide

De thermometer
Om de temperatuur te meten, gebruik je een thermometer
Deze bestaat uit een reservoir, een stijgbuis en een schaalverdeling

Slide 7 - Slide

Wat gaan we doen vandaag?
Leerdoelen
Uitleg
Leerdoelen checken
Practicum
Opdrachten

Slide 8 - Slide

Leerdoelen
Je kunt de zes fase-overgangen van stoffen beschrijven.

Je kunt beschrijven hoe de fase-overgangen van water een belangrijke rol spelen bij allerlei weersverschijnselen.

Je kunt uitleggen wat vriesdrogen is. 

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Verdampen en koken: overeenkomst
Bij allebei is er de
fase-overgang
van vloeibaar
naar gasvormig

Slide 12 - Slide

Vervluchtigen
Als de lucht erg koud en droog is, wordt een laag sneeuw geleidelijk dunner. Toch zie je geen plasje water bij de sneeuw liggen. Dat komt doordat sneeuw onder die omstandigheden niet smelt, maar langzaam verandert in waterdamp. De sneeuw vervluchtigt langzaam. 

Slide 13 - Slide

Rijpen
Als de temperatuur ’s nachts daalt tot onder 0 °C, ontstaat er geen dauw, maar rijp. De waterdamp in de lucht gaat over in kleine ijskristallen die boomtakken en grassprieten een prachtig wit uiterlijk geven.

Slide 14 - Slide

vriesdrogen
als je dingen droogt bij een lage tempratuur (ver onder het vriespunt) noem je dit vriesdrogen.

dit doen ze bij koffie:
1 Eerst wordt sterke koffie gezet. De vloeistof wordt meteen daarna bevroren.
2 Het koffie-ijs wordt vermalen tot korreltjes. Die korreltjes gaan naar een speciale drukkamer waar de lucht uit weggezogen wordt.
3 In de drukkamer vervluchtigt het ijs tot waterdamp. Die waterdamp wordt, net als de lucht, meteen weggezogen. Er blijft een bruin poeder over: de oploskoffie.

Slide 15 - Slide

Leerdoelen check
Je kunt de zes fase-overgangen van stoffen beschrijven.

Je kunt beschrijven hoe de fase-overgangen van water een belangrijke rol spelen bij allerlei weersverschijnselen.

Je kunt uitleggen wat vriesdrogen is. 

Slide 16 - Slide

Vragen?

Slide 17 - Slide

Opdrachten 3.3
Opdracht 1 tm 14

Slide 18 - Slide