Terugblik: Voltooid deelwoord bijvoeglijk gebruikt
De voetballer is afgetraind -----> de voetballer
Het verzoek werd afgewezen -----> het verzoek
De taart is gebakken -----> de taart
Het verslap is uitgetypt -----> het verslag
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------
1. De ........ (gemaakt) afspraak geldt nog steeds
2. De ........ (gevallen) regen deed de tuin goed
3. Het ......... (vervallen) schuurtje zag er slecht uit