1 februari Begrippen toets BS 1-BS3 Thema 2 Voortplanting VWO 4

Begrippen toets BS 1, BS2 en BS3


  • Maak het individueel
  • Herhaling van behandelde begrippen  
1 / 17
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 10 min

Items in this lesson

Begrippen toets BS 1, BS2 en BS3


  • Maak het individueel
  • Herhaling van behandelde begrippen  

Slide 1 - Slide

Wat gebeurt er tijdens de s-fase van de celcyclus
A
Chromatiden worden uit elkaar getrokken
B
DNA replicatie
C
Verdubbeling celorganellen
D
Plasmagroei

Slide 2 - Quiz

Op welk moment in de celcyclus vindt plasmagroei plaats.
A
Voorafgaande aan de kerndeling
B
Na de kerndeling maar voor de celdeling
C
Na de celdeling

Slide 3 - Quiz

zet in de juiste volgorde 
type celding:
mitose
meiose

Slide 4 - Drag question

Wat is de juiste volgorde van de celcyclus?
A
Celdeling – chromosomen kopiëren – twee kernen ontstaan – plasmagroei.
B
Chromosomen kopiëren – twee kernen ontstaan – celdeling – plasmagroei.
C
Plasmagroei – twee kernen ontstaan – celdeling – chromosomen kopiëren.
D
Twee kernen ontstaan – chromosomen kopiëren – plasmagroei – celdeling.

Slide 5 - Quiz

Bij mitose
A
Blijft het aantal chromosomen gelijk
B
Neemt het aantal chromosomen af
C
Neemt het aantal chromosomen toe
D
Chromosomen bestaan niet

Slide 6 - Quiz

Juist 
Onjuist
Mitose en meiose
Hieronder staan 4 beweringen. Bepaal of de bewering juist of onjuist is en sleep naar het bijbehorende vak:

door mitose worden de geslachtscellen gevormd
bij meiose I trekken de trekdraden de chromatiden uit elkaar
tijdens de S fase wordt de hoeveel DNA in de cel verdubbeld
de mitose is onderdeel van de celcyclus 

Slide 7 - Drag question


24. Mitose
Waar vindt geen mitose plaats?
A
Het ontstaan van een huidcel in de huid van een olifant.
B
Het ontstaan van een bastcel in de stengel van een klimop.
C
De celdeling van een bevruchte eicel.
D
Het ontstaan van een stuifmeelkorrel.

Slide 8 - Quiz

Is dit stadium van de meiose I of van de meiose II?
A
meiose II
B
meiose I

Slide 9 - Quiz

MITOSE
MEIOSE I 
MEIOSE II
2n --> 2n + 2n 
2n --> n + n 
n --> n + n 

Slide 10 - Drag question

Wat is de naam van de plaats waar DNA moleculen nog aan elkaar vastzitten?
A
Chromatiden
B
Centriole
C
Centrosoom
D
Centromeer

Slide 11 - Quiz

menstruatie
ovulatie
hormoon uit ei
hormoon uit follikel
gele lcihaam
eierstok
follikel

Slide 12 - Drag question

Testosteron is het mannelijk geslachtshormoon. Door welke hormoonklier wordt testosteron gemaakt?

A
Penis
B
Eierstokken
C
Hypofyse
D
Zaadballen

Slide 13 - Quiz

Wat zijn hormonen?
A
Receptoren
B
Eiwitten
C
Stoffen die communicatie regelen tussen twee naastgelegen cellen
D
Signaalstoffen die de werking van processen in het lichaam regelen.

Slide 14 - Quiz

Hormonen ______________van alles met je lichaam. 
een ander woord voor hormonen is ____________
Hormonen worden gemaakt in _______________
Via het _____________ komen de hormonen bij alle organen. 
doen
regelstoffen
hormoonklieren
bloed

Slide 15 - Drag question

GH
LH
FSH
ADH
oestrogeen
testosteron
progesteron

Slide 16 - Drag question

Wat gebeurt er met de concentratie FSH, testosteron en LH als bij een man de teelballen verwijdert worden?
A
Concentratie van FSH, LH en testosteron gaan omhoog
B
Concentratie van FSH en LH gaat omhoog, concentratie van testosteron gaat omlaag
C
Concentratie van FSH gaat omhoog, concentratie van LH en testosteron gaat omlaag
D
Concentratie van LH en testosteron gaat omhoog, concentratie van FSH gaat omlaag

Slide 17 - Quiz