This lesson contains 35 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
Beelden maken met een lens
Slide 1 - Slide
Lesdoelen
De breking bij een bolle en holle lens tekenen.
Met behulp van de constructiestralen het beeld tekenen.
Slide 2 - Slide
Voorkennis
Noteer zoveel mogelijk apparaten die je kent met lenzen.
Slide 3 - Slide
Voorwerpen met lenzen
Slide 4 - Mind map
Positieve lenzen:
Deze zijn in het midden het
dikst en hebben een vergrotende werking (bolle lenzen).
Slide 5 - Slide
Positieve lenzen hebben een convergerende werking
Het licht breekt iets naar binnen t.o.v. voor de lens.
Slide 6 - Slide
Negatieve lenzen:
In midden dunst en hebben een verkleinende werking (holle lenzen).
Slide 7 - Slide
Negatieve lenzen hebben een divergerende werking
De bundel beweegt uit elkaar t.o.v. er voor.
Slide 8 - Slide
Wat is de het brandpunt?
A
plaats waar brand ontstaat
B
plaats waar licht na een lens samenkomt
C
plaats waar licht vandaan komt
D
plaats waar lens staat
Slide 9 - Quiz
Het brandpunt
Evenwijdig licht gaat na breking door het brandpunt (F van focus)
Slide 10 - Slide
Constructiestralen
Bepaal waar het beeld achter lens ontstaat.
We doen het altijd met twee constructiestralen.
1 - Door het midden van de lens, verandert niet richting
2 - Evenwijdig aan hoofdas. Na lens door brandpunt (F).
Slide 11 - Slide
1 Teken de lens, het brandpunt en de hoofdas.
Slide 12 - Slide
Teken het voorwerp als een pijltje L1 L2
Slide 13 - Slide
3 Teken het beeldpunt B1 met de twee constructiestralen.
Slide 14 - Slide
Teken het beeld als een pijl B1B2.
Slide 15 - Slide
Slide 16 - Slide
Controle van begrip
Teken het beeld van een voorwerp wat 3,5 cm hoog staat, en 5 cm van een lens staat, als de lens een brandpunt van 2,5 cm heeft.
Slide 17 - Slide
Slide 18 - Slide
Slide 19 - Video
Slide 20 - Slide
a Geef in de figuur het brandpunt aan met een stip en zet er de letter F bij.
b Teken hoe het zonlicht van links op de lens valt.
Slide 21 - Slide
Leg uit welke lens het sterkst is.
Slide 22 - Slide
Welke lens is het sterkst
A
Lens A
B
Lens B
Slide 23 - Quiz
Welke lens heeft de grootste brandpuntafstand?
A
Lens A
B
Lens B
Slide 24 - Quiz
Hol of Bol?
A
Hol
B
Bol
Slide 25 - Quiz
Hol of Bol?
A
Hol
B
Bol
Slide 26 - Quiz
Hol of Bol
A
Hol
B
Bol
Slide 27 - Quiz
Hol of Bol?
A
Hol
B
Bol
Slide 28 - Quiz
Slide 29 - Slide
Teken drie keer het beeld.
Slide 30 - Slide
Slide 31 - Slide
Lenzenformule
Slide 32 - Slide
Lenzenformule
Stasio wil een film afspelen met een beamer. Als scherm gebruikt hij een witte muur. De lens van de beamer heeft een brandpuntsafstand van 14,5 cm. De afstand tussen het lcd scherm van de beamer tot de lens is 15 cm (voorwerpsafstand)
Bereken op welke afstand Stasio de beamer van de muur moet zetten om een scherp beeld te krijgen.