KV3J Formuleren H4 - incongruentie + onjuiste inversie

Welkom KV3J
Ga alvast zitten volgens de plattegrond en pak je spullen erbij.
  • leesboek
  • NN + schrift
  • agenda en etui
1 / 17
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Welkom KV3J
Ga alvast zitten volgens de plattegrond en pak je spullen erbij.
  • leesboek
  • NN + schrift
  • agenda en etui

Slide 1 - Slide

Pak je leesboek en ga lekker lezen!
timer
15:00

Slide 2 - Slide

Deze les
Grammatica H4: incongruentie + onjuiste inversie

Aan het eind van de les:
  • kun je incongruentie herkennen;
  • kun je onjuiste inversie herkennen.

Slide 3 - Slide

Huiswerk
Woensdag 6 december: 
  • Grammatica (Zinsdelen) H4:
opdr. 1, 2, 4, 8
  • Formuleren H4: opdr. 1 t/m 3 + 7




Slide 4 - Slide

congruentie

Slide 5 - Mind map

Congruentie
In zinnen komt de persoonsvorm in persoon en getal overeen met het onderwerp: congruentie. Dit houdt in dat bij een enkelvoudig onderwerp een enkelvoudige persoonsvorm hoort. 
  • VB: Ik loop naar school. / Wij lopen naar school. 

Als persoonsvorm en getal niet overeenkomen: incongruentie.

Meestal is dit niet moeilijk, maar er zijn een paar lastige gevallen, zie volgende dia.


Slide 6 - Slide

Incongruentie
  • Het onderwerp is meervoud, maar wordt voor enkelvoud aangezien:
       De media schrijft veel onzin over deze bekende Nederlander.

  • Het onderwerp (ow) lijkt meervoud, maar is enkelvoud, omdat de kern enkelvoud is:
      Uit de enquête bleek dat de meerderheid van de leerlingen tegen             
      frisdrankautomaten waren.



.

Slide 7 - Slide

Incongruentie
  • De pv en het ow staan ver uit elkaar en daartussen staan andere   zinsdelen met een ander getal dan het ow:
       Het schijnt dat het stadsbestuur de komende jaren binnen de grachten             geen nieuwe parkeerplaatsen voor auto’s meer willen aanleggen.

Slide 8 - Slide

Oudere mensen beweren vaak dat de jeugd van tegenwoordig geen enkel respect meer voor hen hebben.
A
congruentie
B
incongruentie

Slide 9 - Quiz

Uit onderzoek blijkt dat dertien procent van de Nederlanders niet goed kan lezen en schrijven.

A
congruentie
B
incongruentie

Slide 10 - Quiz

Een paar echte designerschoenen van een bekende ontwerper brengen op een veiling zo duizenden euro op.

A
congruentie
B
incongruentie

Slide 11 - Quiz

inversie

Slide 12 - Mind map

Inversie
In veel zinnen staat het onderwerp op de eerste plaats in de zin, vóór de persoonsvorm: (OP)
VB: Iedereen (ow) / verlangt (pv) / naar het leuke weekend.

Als in een zin het onderwerp achter de persoonsvorm staat > inversie (PO). VB: Naar het het leuke weekend / verlangt (pv) / iedereen (ow).

Slide 13 - Slide

Onjuiste inversie
Wanneer in een zin het onderwerp achter de persoonsvorm staat, heet dat inversie. In nevengeschikte zinnen (en, of, maar, want, dus) is soms sprake van onjuiste inversie:
Zaterdagmiddag heb ik in Thialf naar de WK Sprint gekeken en (-) was ik         's avonds pas om 10 uur weer thuis. (APO + POA)

Op de plek van het streepje moet dan hetzelfde woord staan als het woord dat in deel 1 voor de persoonsvorm staat. 


Slide 14 - Slide

Onjuiste inversie
Zaterdagmiddag heb ik in Thialf naar de WK Sprint gekeken en (-) was ik         's avonds pas om 10 uur weer thuis. 

Zaterdagmiddag heb ik in Thialf naar de WK Sprint gekeken en 's avonds was  ik pas om 10 uur weer thuis. 
of 
Zaterdagmiddag heb ik in Thialf naar de WK Sprint gekeken en ik was pas      ’s avonds om 10 uur weer thuis.







Slide 15 - Slide

Opdracht deze les
Maken: 
  • H4 Grammatica (zinsdelen): opdr. 1, 2, 4, 8
  • H4 Formuleren: opdr. 1 t/m 3 + 7

Klaar? 
Lezen in je leesboek
Theorie samenvatten / leren
Huiswerk maken voor een ander vak
timer
25:00

Slide 16 - Slide

Huiswerk
Woensdag 6 december: 
  • Grammatica (Zinsdelen) H4:
opdr. 1, 2, 4, 8
  • Formuleren H4: opdr. 1 t/m 3 + 7




Slide 17 - Slide