This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Rekenvaardigheden HFST 3 en 4
Slide 1 - Slide
Planning
Nabespreken oefentoets Socrative
Werken aan het huiswerk
Tijd over?
Slide 2 - Slide
Uitleg: samengestelde interest berekenen m.b.v. de groeifactor
Slide 3 - Slide
Factor berekenen
5% rente (erbij) :
0,2% rente :
1,3 % rente :
Korting van 15 % :
Korting van 35 % :
Voorbeeld:
Je krijgt 1,3% rente over een bedrag van €4000,-.
Bereken welk bedrag je hebt na 5 jaar.
Slide 4 - Slide
Spaarbedrag € 2000 Rente 2%
Enkelvoudige rente
€ 2000 : 100 x 2 = € 40 (1 jaar)
€ 2000 : 100 x 2 x 3 = € 120 (3 jaar)
Samengestelde rente
rente 2 %
factor => 100 + 2 = 102 %
102 : 100 = 1,02
€ 2000 x 1,02^3 = € 2122,42
Rente na 3 jaar:
€ 120
Rente na 3 jaar:
€ 122,42
Slide 5 - Slide
Deel : geheel x 100
Slide 6 - Slide
Dus de vraag is: hoeveel procent is 4.321.000 van 5.510.000?
Formule: Deel: geheel x 100
Tabel:
%
100
?
personen
5.510.000
1
4.321.000
Slide 7 - Slide
(nieuw - oud) : oud x 100
Slide 8 - Slide
Huiswerk
Maak opdrachten 3.6 t/m 3.13
Dit doe je in volledige stilte!
timer
15:00
Slide 9 - Slide
Joris heeft € 625,- spaargeld. De bank geeft 2,3% rente. Met welke berekening kan Joris berekenen hoeveel spaargeld hij na 1 jaar heeft?
A
0,977 x 625
B
1,23 x 625
C
1,023 x 625
D
2,3 x 650
Slide 10 - Quiz
Wat is de factor?
Voorbeeld:
Je krijgt 1,3% rente over een bedrag van €4000,-.
Bereken welk bedrag je hebt na 5 jaar.
Voorbeeld:
Je krijgt 1,3% rente over een bedrag van €4000,-.
Bereken welk bedrag je hebt na 5 jaar.
Je krijgt 1,3% rente over een bedrag van €4000,-.
Bereken welk bedrag je hebt na 5 jaar.
A
1,013
B
1,13
C
100,3
D
103
Slide 11 - Quiz
Je zet €500 op een spaarrekening en je krijgt 2% rente per jaar. Met welke factor vermenigvuldig je?
A
1,02
B
1,2
C
0,02
D
2
Slide 12 - Quiz
Wat is de factor?
Voorbeeld:
Je krijgt 1,3% rente over een bedrag van €4000,-.
Bereken welk bedrag je hebt na 5 jaar.
Voorbeeld:
Je krijgt 1,3% rente over een bedrag van €4000,-.
Bereken welk bedrag je hebt na 5 jaar.
Je krijgt 1,3% rente over een bedrag van €4000,-.
Bereken welk bedrag je hebt na 5 jaar.
A
1,013
B
1,13
C
100,3
D
103
Slide 13 - Quiz
Ik zet €900,- op een spaarrekening waar ik 3% samengestelde interest voor krijg. Hoeveel geld heb ik over 6 jaar gespaard?
A
€1.080,-
B
€1.016,20
C
€1.162,70
D
€1.074,65
Slide 14 - Quiz
Jaap heeft 1500 euro op zijn spaarrekening staan en krijgt 6% samengestelde interest. Hoeveel staat er na 10 jaar op zijn spaarrekening?
A
2400
B
2686,27
C
1186,27
D
900
Slide 15 - Quiz
Over € 100 spaargeld krijg je 3% samengestelde interest; hoeveel rente heb je na 5 jaar ontvangen?
A
€ 100 x 0,03 x 5 = € 15
B
€ 100 x 1,03^5 = € 115,93
C
€ 115,93 - € 15 = € 0,93
D
€ 115,93 - € 100 =
€ 15,93
Slide 16 - Quiz
Bereken de samengestelde interest na 2 jaar sparen: €1000 op de rekening tegen 2% rente
A
€1040,10
B
€1040,20
C
€1040,30
D
€1040,40
Slide 17 - Quiz
Bereken de samengestelde interest na 3 jaar sparen: €1000 op de rekening tegen 2% rente
A
€1061,60
B
€1061,21
C
€1061,62
D
€1061,20
Slide 18 - Quiz
Ik spaar 50.000 euro, 8 jaar lang tegen 5% rente. Hoeveel is mijn eindbedrag bij samengestelde interest?
Slide 19 - Open question
Soraya heeft € 7.200,- op een spaarrekening staan met een rente van 1,6%. Bereken haar spaartegoed na drie jaar op basis van samengestelde interest.
Slide 20 - Open question
Samengestelde interest: € 1.000 op je spaarrekening tegen 3% samengestelde interest per jaar. Looptijd 3 jaar. Hoeveel interest heb je na 3 jaar ontvangen?
Slide 21 - Open question
Nog 1 x rente berekenen. Wie ontvangt er meer spaargeld: Renske heeft € 1.500 op haar spaarrekening met 2,6% rente. Salim heeft € 2.400 op zijn rekening met 2,15% rente
Je krijgt per jaar 0,5% rente op je spaargeld. Je hebt € 400 op de bank staan. Om het saldo inclusief de rente van het eerste jaar te berekenen maak je de volgende berekening:
A
€ 400 x 0,5
B
€ 400 x 0,05
C
€ 400 x 1,005
D
€ 400 x 1,05
Slide 23 - Quiz
€ 20.000 drie jaar sparen voor 2% samengestelde rente. Eindwaarde na 3 jaar. Berekening?
A
€ 20.000
B
€ 20.000 x 1,02
C
€ 20.000 x 1,02^2
D
€ 20.000 x 1,02^3
Slide 24 - Quiz
Je krijgt op jouw spaarrekening per jaar 2,5% rente. Je spaarbedrag groeit dan elk jaar met een factor ...... ?
A
1,25
B
1,205
C
1,025
D
2,05
Slide 25 - Quiz
Je krijgt op jouw spaarrekening per jaar 3,5% rente. Je spaarbedrag groeit dan elk jaar met een factor ...... ?
A
1,35
B
1,305
C
1,035
D
3,05
Slide 26 - Quiz
Wat is geen spaarmotief?
A
Voorzorg
B
Doel
C
Vakantie
D
Rente
Slide 27 - Quiz
Door de inflatie kan ik...
A
meer besteden
B
minder besteden
Slide 28 - Quiz
Bereken de enkelvoudige rente na 1 jaar sparen: €1000 op de rekening tegen 2% rente
A
€50,00
B
€60,00
C
€30,00
D
€20,00
Slide 29 - Quiz
Bereken de samengestelde rente na 3 jaar sparen: €1000 op de rekening tegen 2% rente