DAG3..

DAG3..
1 / 35
next
Slide 1: Slide
Baby'sMBOStudiejaar 1

This lesson contains 35 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 300 min

Items in this lesson

DAG3..

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Dag 3: Spelactiviteiten
* Belangrijke terugblik op interactievaardigheden:

Nieuw leerdoel vandaag
-  spel- en ontwikkelingsmaterialen aan baby’s aanbieden.

Tijd voor de opdrachten en vragen

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Terugblik ontwikkeling

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Interne factoren
van de ontwikkeling (nature)

Slide 4 - Slide

uiterlijke kenmerken,
karakter
stoornissen
talenten
Externe factoren van de ontwikkeling (nurture)

Slide 5 - Slide

de directe omgeving (bijvoorbeeld het gezin, de kinderopvang, leeftijdsgenoten, vrienden, collega’s, de buurt, het wonen in een seniorenflat);

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Slide 7 - Slide

Een kind leert praten door mensen in zijn omgeving na te doen. De taalontwikkeling bij baby’s begint met brabbelen. Brabbelen is de fase waarin de baby spraakklanken oefent zonder dat er echt woorden worden gevormd. Vanaf ongeveer 8 maanden gaan baby’s je proberen na te doen. 


Klanken en woorden krijgen voor een baby steeds meer betekenis. Het woord ‘pop’ verwijst bijvoorbeeld naar een bepaald ding. Dit heeft symboolbewustzijn. Als je als ouder vraagt aan de baby om een bal te pakken, en het kind doet dit, is er sprake van symboolbewustzijn. Rond 1 jaar gaat het kind zijn eerste woordjes zeggen. Het is dan ook niet voor niets dat het eerste woordje van een baby vaak ‘mama’ of ‘papa’ is. Baby gebruikt 1 woord zinnen. Ook maakt hij nog veel fouten. Hij zegt bijvoorbeeld ‘tinke’ in plaats van drinken. 
Cognitieve ontwikkeling: Als je een kind vraagt om een bal te pakken en hij geeft jou een bal, dan weet je dat er sprake is van...
A
symboolbewustzijn
B
objectpermanentie

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

temperament is aangeboren
A
waar
B
niet waar

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

Emotionele ontwikkeling

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Wat weet je (nog) over
hechting?

Slide 12 - Mind map

This item has no instructions

Rond hoeveel maanden komt scheidingsangst?
A
1 maand
B
2 maanden
C
7 maanden
D
14 maanden

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

samenwerking tussen ogen en handen
bewegen met hele lichaam
betekenis van woorden
belangrijke ontwikkelingen in leven
dingen zijn er zonder dat je ze kunt zien
de huid
ooghandcoördinatie
objectpermanentie
tastzin
ontwikkelingstaken
grove motoriek
symboolbewustzijn

Slide 14 - Drag question

This item has no instructions

Kijkvraag

Welke ontwikkelingsgebieden worden gestimuleerd in het volgende filmpje?

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Slide 16 - Video

This item has no instructions

Kijkvraag

Welke ontwikkelingsgebieden worden gestimuleerd in het volgende filmpje?

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Slide 18 - Video

This item has no instructions

Kijkvraag

Welke ontwikkelingsgebieden worden gestimuleerd in het volgende filmpje?

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Slide 21 - Slide

Vlak na de geboorte werken de zintuigen van een baby nog niet optimaal. Zo is het zicht van baby’s vlak na de geboorte nog niet goed ontwikkeld. Ze kunnen wel een verschil waarnemen tussen donker en licht. Langzaamaan gaan baby’s steeds beter zien.

 
Het gehoor van een baby is al wel ontwikkeld, maar nog niet zo goed als het hoort te zijn. Baby’s horen de hoge tonen beter dan de lage tonen. Daarom reageren baby’s vaak beter op hoge stemmen. Baby’s herkennen bepaalde geluiden nog niet. Wat een baby wel herkent, is de stem van de moeder
.
De tastzin is voor baby’s het belangrijkste zintuig. Al direct na de geboorte zijn ze heel gevoelig voor aanraking. Daarom is het voor een baby heel belangrijk dat het aangeraakt en geknuffeld wordt.

Een baby gaat zelf zitten. Is dit fijne of grove motoriek?
A
Fijne
B
Grove

Slide 22 - Quiz

This item has no instructions

Welke motoriek zie je op de afbeelding?
A
fijne motoriek
B
grove motoriek

Slide 23 - Quiz

This item has no instructions

Slide 24 - Slide

Rond 3 maanden ontwikkelen kinderen een oog-hand coördinatie: er ontstaat samenwerking tussen ogen en handen.

Als een kind ongeveer 1 jaar oud is leert hij de pincetgreep te gebruiken. Hij pakt een voorwerp tussen duim en wijsvinger vast, in plaats van met het hele handje.


Basisvaardigheden
Bij basisvaardigheden gaat het meer om de basis van hoe je omgaat met kinderen, je houding. Je kijkt naar hoe kinderen in hun vel zitten, wat hun behoeften zijn en hoe je daarbij aan kunt sluiten.

1. Sensitieve responsiviteit
2. Respect voor autonomie
3. Structuur bieden en grenzen stellen




Educatieve vaardigheden
Educatieve vaardigheden gaan vooral over het
stimuleren van de ontwikkeling van het kind.

4. Praten en uitleggen
5. Ontwikkelingsstimulering
6. Begeleiden van interacties tussen kinderen

Interactievaardigheden 

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Wat kun je doen als PM-er om baby's met elkaar in contact te brengen?

Slide 26 - Open question

This item has no instructions

Denk aan:
  • Door ze bij elkaar te leggen
  • baby's mee laten kijken bij wat andere kinderen doen en dit benoemen.
  • betrekken bij het groepsgebeuren. Op schoot  bijvoorbeeld mee laten kijken bij een activiteit en benoemen wat er gebeurt
  • zelf spelletjes te doen met een baby: imitatiespelletjes, kiekeboe
  • aparte ruimte bijv grondbox voor de baby's waar ze veilig kunnen spelen

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

video babymatje
  • Welke contactinitiatieven zie je?
  • Hoe reageren de baby's op andere kinderen?
  • Hoe stimuleert de PM-er positieve interacties van de baby's met andere kinderen?

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Slide 29 - Link

This item has no instructions

1. Welke contactinitiatieven zie je?
2. Hoe reageren de baby's op andere kinderen?
3. Hoe stimuleert de PM-er positieve interacties van de baby's met andere kinderen?

Slide 30 - Open question

This item has no instructions

Oefenen Interactievaardigheden bij baby's 
6 casussen met interactievaardigheden. (Docent deelt uit)

In tweetallen bedenken wat je zou kunnen doen. Schrijf op de flap-over wat jullie interventie is.


Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Spel- en ontwikkelingsmaterialen in de ruimte

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

Knus, (over)prikkelende omgeving, veiligheid & jouw rol in de ruimte.

Slide 33 - Slide

Ook bij de ruimte en materialen speel jij als pedagogisch werker een grote rol. Denk bij deze aspecten altijd aan:
1. Kijken en waarnemen wat er gebeurt in het spel van de baby,
2. Besef dat de ruimte een pedagogische plek is waar het jouw verantwoordelijkheid is dat het een uitdagend en veilig karakter heeft om de baby aan te sporen plezier te hebben en zich te ontwikkelen. 
3.Houd altijd in je achterhoofd dat de ruimte en het (speel)materiaal veilig moet zijn. Wanneer de veiligheid niet gewaarborgd kan worden moet je stappen nemen door de ruimte of het materiaal veilig te maken of weg te halen. Denk aan loshangende onderdelen, scherpe punten van kasten of hoogpolig tapijt. 
Opdracht: materiaal naar ontwikkeling van de baby
Bedenk en beschrijf: voor elk van de volgende situaties (docent deelt uit) een spelletje/materiaal dat de baby kan stimuleren om verder te komen in de ontwikkeling. Je kunt daarbij gebruik maken van de volgende site: 

https://www.24baby.nl/baby/spelenderwijs-leren/baby-spelletjes-tips/

https://www.24baby.nl/baby/spelenderwijs-leren/babyspelletjes/

Slide 34 - Slide

This item has no instructions

Zelfstandig aan de slag in de reader

Slide 35 - Slide

This item has no instructions