1.5 passief en actief transport

• Biologie
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

• normale bacterie is 0,001 mm groot. Hoeveel groter is deze reuzenbacterie?

Inleiding in de biologie

1.5 Transport door membranen

Lesprogramma

• Huiswerkcheck
• Leerdoelen
• Uitleg
• Opdrachten 47 t/m 52
• Dinsdag PO osmose

Huiswerk 47 t/m 60 niet 50,58

Huiswerk

Inleveren onderzoeksvraag/hypothese/proefopzet

(H4. bespreken opdracht 35, 44, 45)

 

Wat betekent concentratie?

Concentratie berekenen

De concentratie geeft de hoeveelheid opgeloste stof in een bepaalde hoeveelheid oplosmiddel aan.

Fysiologische zoutoplossing  bevat 0,9% keukenzout.

Hoeveel water en hoeveel zout heb je nodig om 1000gram oplossing te maken

• 9 g keukenzout oplossen in 991 g water.

Leerdoelen

• Je kunt beschrijven hoe transport van stoffen via (cel)membranen plaatsvindt.

Osmotische waarde

Hoeveel water zich verplaatst wordt bepaald door de osmotische waarde aan beide zijden van het membraan.

Osmotische waarde: hoeveelheid opgeloste stoffen in het water.

Hoge osmotische waarde: veel opgeloste stoffen.

Lage osmotische waarde: weinig opgeloste stoffen.

Water stroomt van een lage -> hoge osmotische waarde.

passief transport over het celmembraan

kost geen energie

transport met het concentratieverschil mee

osmose en diffusie

actief transport

• kost energie in de vorm van moleculen ATP (adenosinetrifosfaat)
• transport tegen het concentratieverval in
• via transporteiwitten, of exocytose

Actief transport, tegen concentratiegradiënt in. Kost ATP.

gaat tegen de concentratiegradiënt in

kost wel energie

exo/endocytose

Exocytose:afsnoeren blaasjes (actief)

Endocytose: opnemen stoffen uit omgeving

-> endosoom.

Voeding opnemen: fagocytose

Huiswerk

Maak opdracht 54 t/m 58 (15 min)

Klaar?

Dan verder met inleiding osmose practicum

In je planner: Huiswerk 54 t/m 68 niet 66,67,63