This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
grammatica
woordsoorten
Slide 1 - Slide
Welke woordsoorten zijn er?
werkwoord (ww): zegt wat iets of iemand doet of wat er gebeurt. In een zin staat ten minste één werkwoord.
lidwoord (lw): de, het, een
zelfstandig naamwoord (zn): is een woord voor een mens, dier, plant of ding.
bijvoeglijk naamwoord (bn): vertelt iets over een zelfstandig naamwoord. Een stoffelijk bijvoeglijk naamwoord zegt waarvan iets gemaakt is:
voorzetsel (vz): is een kort woord dat vaak een tijd of plaats aangeeft, zoals op, na, tijdens, door.
Slide 2 - Slide
Benoem de woorden. Karin, heb jij rozen gegeven aan je vriendje?
rozen
A
ww
B
lw
C
zn
Slide 3 - Quiz
Benoem de woorden. Karin, heb jij rozen gegeven aan je vriendje?
gegeven
A
ww
B
lw
C
zn
Slide 4 - Quiz
Benoem de woorden. In september gaan we altijd paardrijden op de Veluwe.
september
A
ww
B
lw
C
zn
Slide 5 - Quiz
Benoem de woorden. In september gaan we altijd paardrijden op de Veluwe.
Veluwe
A
ww
B
lw
C
zn
Slide 6 - Quiz
Benoem de woorden. Tygo heeft kaas en ham op de broodjes gedaan.
de
A
ww
B
lw
C
zn
Slide 7 - Quiz
Benoem de woorden. Tygo heeft kaas en ham op de broodjes gedaan.
gedaan
A
ww
B
lw
C
zn
Slide 8 - Quiz
Benoem de woorden. Zalinka wil graag wat suiker over haar aardbeien.
wil
A
ww
B
zn
C
bn
D
vz
Slide 9 - Quiz
Benoem de woorden. Zalinka wil graag wat suiker over haar aardbeien.
over
A
ww
B
zn
C
bn
D
vz
Slide 10 - Quiz
Benoem de woorden. Na het avondeten kijk ik altijd naar GTST.
naar
A
ww
B
zn
C
bn
D
vz
Slide 11 - Quiz
Benoem de woorden. Volgens mijn oma is zelfgemaakte appelstroop gezond broodbeleg.
zelfgemaakte
A
ww
B
zn
C
bn
D
vz
Slide 12 - Quiz
Benoem de woorden. Volgens mijn oma is zelfgemaakte appelstroop gezond broodbeleg.
gezond
A
ww
B
zn
C
bn
D
vz
Slide 13 - Quiz
Benoem de woorden. Volgens mijn oma is zelfgemaakte appelstroop gezond broodbeleg.
broodbeleg
A
ww
B
zn
C
bn
D
vz
Slide 14 - Quiz
Bij het bouwen van een houten hut moet je bijvoorbeeld creatief zijn en inzicht hebben. het, een, houten
Slide 15 - Open question
Daarnaast maak je zelf spelregels, werk je samen of concurreer je met elkaar. met
Slide 16 - Open question
Als je veel buiten bent, heb je een betere hersenontwikkeling en een beter leervermogen dan kinderen die vooral binnen zitten. Benoem de volgende woorden uit de zin: bent, betere, kinderen
Slide 17 - Open question
Door allerlei activiteiten buiten te doen, ontwikkel je bovendien je fantasie. Benoem de volgende woorden uit de zin: ontwikkel, fantasie
Slide 18 - Open question
Hierdoor leer je omgaan met winnen en verliezen. Benoem de volgende woorden uit de zin: winnen
Slide 19 - Open question
De best bekeken vloggers verdienen duizenden euro's per maand. Benoem de volgende woorden uit de zin: verdienen, euro's
Slide 20 - Open question
De nieuwste Samsung krijgt een steviger glazen scherm. Benoem de volgende woorden uit de zin: nieuwste, glazen
Slide 21 - Open question
Jorrick vindt het lekker om Pindakaas en banaan op zijn brood te doen. Benoem de volgende woorden uit de zin: pindakaas, op
Slide 22 - Open question
Als we vissen, gaan we altijd langs het Noord-Willemskanaal zitten. Benoem de volgende woorden uit de zin: vissen, langs
Slide 23 - Open question
Met het kraslot hebben we 25 euro verdiend. Benoem de volgende woorden uit de zin: het, hebben