Les 4: woordsoorten

• Nederlands
• Middelbare school
• mavo, havo
• Leerjaar 2

Welkom M2b!

Wat gaan we doen?

• Terugblik 


• Lesdoelen
• H2 Taalverzorging:

woordsoorten 

• Evaluatie

Terugblik

Wat hebben we de vorige les gedaan?

• H1 Taalverzorging: zinnen in zinsdelen verdelen

• Nu nakijken via Showbie (EBKGR) - 5 minuten - en zichtbaar verbeteren!

Lesdoelen

Aan het eind van deze les kun je...

... werkwoorden, zelfstandige naamwoorden en bijvoeglijke naamwoorden benoemen.

... lidwoorden en voorzetsels benoemen.

Grammatica

Woordsoorten

 Je gaat elk woord van de zin benoemen:

Lidwoord (lw)

Zelfstandig naamwoord (znw)

Bijvoeglijk naamwoord (bn)

Voorzetsel (vz)

Bijwoord (bw)

Werkwoord (ww)

Persoonlijk/bezittelijk voornaamwoord (p.vnw/b.vnw.)

Zinsdelen

Je gaat delen van zinnen benoemen, die niet zonder elkaar kunnen functioneren.  

Denk aan:

Onderwerp (ow)

Persoonsvorm (pw) 

Lijdend voorwerp (lv) 

Meewerkend Voorwerp (mv) Werkwoordelijk Gezegde (wg)  Bijwoordelijke Bepaling (bwb)

Voorzetselvoorwerp (vv)

Het verschil

Grammatica woordsoorten gaan dus om elk woord, grammatica zinsdelen gaat om delen van van de zin. 

https:

Startopdracht samen (blz. 54)

Maak de zinnen bij de afbeeldingen A, B en C af met elk 1 woord.

A. De hardloper ... door de plas.

B. Marit en Zoë raften op het ... water.

C. Het ... vliegt boven Heemskerk.

Aan de slag!

Wat: opdracht 1 t/m 4 

Waar: leerboek (blz. 54)

Hoe: individueel, in stilte

Hulp: blokje theorie, mij

Tijd: 15 minuten 

Uitkomst: controle lesdoelen

Klaar?: maak online de extra oefenopdrachten!

De brand heeft het oude boerderijtje verwoest.

_______

1. werkwoord
2. zelfstandig naamwoord
3. bijvoeglijk naamwoord
4. voorzetsel

De brand heeft het oude boerderijtje verwoest.

________

1. werkwoord
2. zelfstandig naamwoord
3. bijvoeglijk naamwoord
4. voorzetsel

De brand heeft het oude boerderijtje verwoest.

______________

1. werkwoord
2. zelfstandig naamwoord
3. bijvoeglijk naamwoord
4. voorzetsel

De brand heeft het oude boerderijtje verwoest.

___________

1. werkwoord
2. zelfstandig naamwoord
3. bijvoeglijk naamwoord
4. voorzetsel

Huiswerk (dinsdag)

1. Leer de theorie over woordsoorten (video-uitleg of leerboek blz. 54)

2. Maak opdracht 1 t/m 4 (af) uit je leerboek (blz. 54)

3. Leesboek mee (elke dinsdag)!