klas 2A 1e uur do 10 november

Welkom bij Nederlands!
- ga rustig zitten
- leg je Nederlandse boek, schrift en etui klaar  

1 / 17
next
Slide 1: Slide
NederlandsVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1

This lesson contains 17 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Welkom bij Nederlands!
- ga rustig zitten
- leg je Nederlandse boek, schrift en etui klaar  

Slide 1 - Slide

Welkom bij Nederlands!
- ga rustig zitten
- leg je Nederlandse boek, schrift en etui klaar  
- stukje Reinaert de Vos

Slide 2 - Slide

planning voor vandaag:
- terugblik woordenschat h1 en h2
- wanneer toets woordenschat 
- leesboek meenemen naar Nederlands

-lezen hoofdstuk 3,  opdrachten maken 










Slide 3 - Slide

terugblik
Wat hebben wij gedaan? 
- figuurlijk taalgebruik






Slide 4 - Slide

Lesdoel
- je leert over tekstverbanden en signaalwoorden

Slide 5 - Slide

wie?
 - wat zijn signaalwoorden?

Slide 6 - Slide

samen met je buur
 - bedenk drie zinnen en schrijf deze op
timer
2:30

Slide 7 - Slide

startopdracht, blz. 68
 - lees tekst 1 en geef antwoord op de vragen

Slide 8 - Slide

theorie
 - filmpje

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Link

Maken: opdracht 4, tekst 4
 blz. 71 en 72
Ben je hier mee klaar?
ga dan verder met opdracht 5
van blz. 72





timer
20:00

Slide 11 - Slide

Wat hebben we gedaan?
-

Slide 12 - Slide

opdracht 4 antwoorden



1 betaalmiddelen
2 een dubbele punt
3 de voorwaarden waaraan een betaalmiddel moet voldoen.
4 toch – tegenstelling; bovendien, daarbij kwam - opsomming
5 bezwaren tegen ruilhandel
6 goed voor het milieu
7 condities
8 tegenstellend verband
9 eerste bankbiljetten
10 er is sprake van een tegenstelling. Dat zie je aan het woord ‘toch’ verderop in de eerste zin van de alinea.
11 Iets geven, betalen aan iemand, zonder geld te geven
12 omdat dan percentage belasting betalen moeilijk te berekenen en te controleren is, en er komt geld aan te pas.


-

Slide 13 - Slide

opdracht 5
1 ‘De gezondheid van een speler staat ook op het spel door schimmels die in de pijpen en de luchtzak kunnen zitten.’ (al. 2)
2 opsommend verband
3 De kop in de Metro: ‘Opgepast: doedelzak spelen is levensgevaarlijk’ (al. 3)
4 In de eerste zin van alinea 4 staat dat de bewering van RTL wordt gecheckt, want ‘die is het meest feitelijk’ Dat betekent dat deze kop meer informatief is dan de kop in de Metro. En, in de eerste zin van alinea 3 noemt de schrijver het bericht ‘opvallend’. Dat wijst al op een oordeel van de schrijver.
5 Niet zeker. In de laatste zin van alinea 7 staat: ‘De schimmels in de doedelzak zijn volgens King ‘de waarschijnlijke oorzaak’ van het overlijden van de doedelzakspeler’. Uit de woorden ‘waarschijnlijke oorzaak’ blijkt dat de arts het niet 100 procent zeker weet.




Slide 14 - Slide

opdracht 5
6 ja, een Brits medisch tijdschrift.
7 Zo kunnen wijnbouwers klachten krijgen door schimmel op de druiven en duivenmelkers van de vogelpoep en schilders door de chemische stoffen of oplosmiddelen die ze gebruiken.
8 kortademigheid
9 Ja, uit de zin in alinea 6 ‘Toen was de longschade al te ver gevorderd’ blijkt dat behandeling mogelijk was geweest als de oorzaak eerder bekend was geweest.
10 Toen de man drie maanden in Australië was en niet speelde, namen de klachten af. Terug in Groot-Brittannië begon de man weer te spelen en de klachten kwamen meteen terug. Toen werd een verband gelegd met het bespelen van de doedelzak en is men het instrument gaan onderzoeken.

Slide 15 - Slide

wat hebben wij deze les gedaan?
tekstverbanden en signaalwoorden

Slide 16 - Slide

samen met je buur
 - bedenk drie zinnen  

Slide 17 - Slide