PD - K6 les 1

D - K6 les 1
- Hoofdstuktoets 6 juni
- Mondeling in 2tallen (inplannen)
- Leestoets laatste les 27 juni
1 / 21
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 35 min

Items in this lesson

D - K6 les 1
- Hoofdstuktoets 6 juni
- Mondeling in 2tallen (inplannen)
- Leestoets laatste les 27 juni

Slide 1 - Slide

Toets K6
- woorden 
- grammatica hulpwerkwoorden

Slide 2 - Slide

Mondeling
voorbereiden in tweetallen
3x gesprek
1x uitspraak

Slide 3 - Slide

Leestoets
Oud examen vmbo-basis

Slide 4 - Slide


Modalverben (hulpwerkwoorden)

Wat zijn Modalverben?
Modale hulpwerkwoorden (modalverben) zijn hulpwerkwoorden die extra betekenis aan het hoofdwerkwoord toevoegen. Voorbeelden van modale hulpwerkwoorden in het Nederlands zijn: zullen, kunnen, mogen, moeten, willen

Slide 5 - Slide

Welke Modalverben zijn er?

  • dürfen  - mogen (toestemming hebben))
  • mögen - leuk vinden, lusten, houden. van)
  • wissen  - weten.
  • können - kunnen.
  • müssen - moeten.
  • sollen -  moeten.
  • wollen -  willen

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Wir (mogen)........heute länger aufbleiben

Slide 9 - Open question

Maxine .........(wissen) das Antwort nicht

Slide 10 - Open question

(können)........du deinen Regenschirm mitnehmen?

Slide 11 - Open question

Ich ......(mögen) den neuen Lehrer.
A
möchte
B
mögen
C
mag
D
magst

Slide 12 - Quiz

vertaal: wij kunnen zwemmen

Slide 13 - Open question

vertaal: ik mag spelen

Slide 14 - Open question

vertaal: jullie willen eten

Slide 15 - Open question

vertaal: u houd van ijs

Slide 16 - Open question

vertaal: ik weet veel

Slide 17 - Open question

vertaal: jij moet werken

Slide 18 - Open question

Is de grammatica over de Modalverben
(hulpwerkwoorden) duidelijk?
ja, ik snap het
ja.,ongeveer
Nee. ik snap er niks van
Nee, ik heb meer uitleg nodig

Slide 19 - Poll

Met wie ga jij samen het mondeling doen?

Slide 20 - Open question

Ga bij de persoon zitten met wie jij het mondeling gaat voorbereiden.

Slide 21 - Slide