3.6 & 3.7 Persoonsvorm & werkwoordsvormen

Vak: Nederlands
Hoofdstuk: 3.6 & 3.7 
1.
Lesopening
2.
Lesdoel + Leergebiedoverstijgende doelen
3.
Arrangementen + mini-check
4. 
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie
1 / 18
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo k, tLeerjaar 2

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Vak: Nederlands
Hoofdstuk: 3.6 & 3.7 
1.
Lesopening
2.
Lesdoel + Leergebiedoverstijgende doelen
3.
Arrangementen + mini-check
4. 
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie

Slide 1 - Slide

1. Lesopening
Pak je boek van Nederlands op tafel op bladzijde 124


Huiswerk controle:
3.5 opdracht 12, 13 en 14

Slide 2 - Slide

2. Lesdoelen
Aan het eind van deze les:
- weet je hoe je werkwoorden in verschillende vormen spelt; 

Slide 3 - Slide

3. Arrangementen
- Verdiept: kijk of je zelfstandig aan de slag kunt of dat je mee wil doen aan de instructie na het benoemen van de lesdoelen en het lezen van de theorie. 
Gijs, Jochem & Jamie

- Basis: doe mee aan de mini-check. Alles goed? Zelfstandig aan de slag. Niet alles goed? Instructie volgen, daarna aan de slag. 
Jessica, Niek, Jaysen & Krystian

- Intensief: doe mee aan de mini-check. Instructie volgen, kom aan de groepstafel zitten. 
n.v.t.

Slide 4 - Slide

Verdiept arrangement:
Verdiept: Gijs, Jochem & Jamie

Huiswerk noteren + maken:
les: 3.6 & 3.7
blz: 124/125
opdr: 1 en 2

Slide 5 - Slide

Mini-check
Leerlingen in het basis en intensief arrangement doen mee met de mini-check. 

Slide 6 - Slide

Noteer de persoonsvorm van zin hieronder;

De ballonnen zien er feestelijk uit.


Slide 7 - Open question

Noteer de persoonsvorm van zin hieronder;

Met dit mooie weer gaan we vaak zwemmen bij de IJzeren Man.

Slide 8 - Open question

Noteer het werkwoord tussen haakjes op de juiste manier:

Gisteren ... (beroven) de zakkenroller een oudere vrouw.

Slide 9 - Open question

Noteer het werkwoord tussen haakjes op de juiste manier:

Morgen ... (hebben) Anouk een belangrijk examen.

Slide 10 - Open question

Wie maakt wat:
3 vragen of meer goed? Ga zelfstandig aan de slag:
les 3.6 & 3.7 opdracht 1 en 2 op blz. 124/125.

De rest doet mee met de instructie.

Slide 11 - Slide

4. Instructie
Lees en kijk mee naar de volgende dia. 

Slide 12 - Slide

De persoonsvorm vind je door:
  • De zin vragend te maken.
    Het eerste woord is de persoonsvorm.
Ik mag met mijn vrienden op vakantie. - Mag ik met mijn vrienden op vakantie?

  • De zin in een andere tijd te zetten (tijdproef)
    Het werkwoord dat verandert, is de persoonsvorm.
Pieter gaat fietsen. - Pieter ging fietsen.

  • De zin in enkelvoud of meervoud veranderen (getalproef)
      Het werkwoord dat verandert, is de persoonsvorm. 
De jongen wint de wedstrijd - De jongens winnen de wedstrijd.

Slide 13 - Slide

werkwoordsvormen
Er zijn drie werkwoordsvormen:

persoonsvorm
hele werkwoord
voltooid deelwoord

Slide 14 - Slide

5. Begeleid inoefenen
Wie kan zelfstandig aan de slag (basis)?
Jessica, Niek, Jaysen & Krystian: jullie gaan zelfstandig les 3.6 & 3.7 opdracht 1 en 2 op blz. 124/125.

Wie heeft nog extra instructie/leeshulp nodig (intensief)?
Had je alle vragen van de mini-check fout?  Wij maken samen opdracht 1

Slide 15 - Slide

6. Zelfstandig werken
Lees goed de gele stukjes theorie.
Je maakt 3.6 & 3.7 opdracht 1 en 2 op blz. 124/125.


Ben je klaar? 
1. Nakijken en verbeteren
2. Lezen in een leesboek. 

 
timer
1:00

Slide 16 - Slide

7. Evaluatie
Hoe ging de les?
Zijn er nog dingen die je lastig vindt?

Evaluatie leerdoelen: 
- weet je hoe je werkwoorden in verschillende vormen spelt; 

Slide 17 - Slide

8. Huiswerk & Toetsen
Huiswerk:
Dinsdag 16 januari
 3.6 & 3.7 opdracht 1 en 2

 
Toetsen:
-

Slide 18 - Slide