3T H1 Herhaling en training voor SE 2022-2023

3T H1 herhaling en training voor SE
Formules en grafieken
1 / 26
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

3T H1 herhaling en training voor SE
Formules en grafieken

Slide 1 - Slide


We gaan opgaven van H1 maken om extra te oefenen. 

leg klaar: pen, potlood, geodriehoek, gum, rekenmachine


Neem een nieuwe bladzijde in je schrift en schrijf bovenaan:

                H1 herhaling en training



Wat gaan we vandaag doen:

Slide 2 - Slide

Lineair verband

Slide 3 - Slide

Lineair verband

Slide 4 - Slide

opgave 1c:
Kun je a = 3,5 invullen in de formule?
Leg uit!

Slide 5 - Open question

opgave 1d:    Maak een assenstelsel en teken de grafiek.

hulpvraag 1:     Hoe heet de horizontale as
                            en hoe groot worden de stapjes?

hulpvraag 2:    Hoe heet de verticale as                                                           en hoe groot worden de stapjes?

hulpvraag 3:    Is er een zaagtand nodig?

Lineair verband

Slide 6 - Slide

opgave 1e: Is het een puntengrafiek
of een lijngrafiek?
A
puntengrafiek
B
lijngrafiek

Slide 7 - Quiz

Lineair verband
aandachtspunten:

- met potlood?
- niet te dikke stippen?
- punten goed gezet:
   kan er een liniaal
   langs?

Slide 8 - Slide

Opgave 2a:

Gegeven is de formule

Maak een tabel bij de formule.  
Neem voor t  de getallen -4 tot en met 4.
Lineair verband & kwadratisch verband
h=6+t2

Slide 9 - Slide

opgave 2b:    Maak een assenstelsel en teken de grafiek.


Lineair verband & kwadratisch verband
hulpvraag 1: Hoe heet de horizontale as  en hoe groot worden de stapjes?
 
hulpvraag 2: Hoe heet de verticale as en hoe groot worden de stapjes?

hulpvraag 3: Is er een zaagtand nodig?



Slide 10 - Slide

aandachtspunten:

- met potlood?
- punten goed gezet?
- vloeiende, niet te dikke lijn?
- niet te puntig onderin?
- bovenaan links van t = -4 en
   rechts van t = 4 geen gekke
   afbuigingen of gestopt met
   dikke punt?

Slide 11 - Slide

opgave 2c: Noem de top T
en geef de coördinaten.

Slide 12 - Open question

opgave 2d: Geef de formule van de symmetrieas.

Slide 13 - Open question

opgave 2e:     Teken in hetzelfde assenstelsel de lijn h = -2

opgave 2f:      Geef de coördinaten van het snijpunt of                                    de snijpunten.

  
 
Lineair verband & kwadratisch verband

Slide 14 - Slide

De coördinaten van de snijpunten zijn 
(-2,-2) en (2,-2) 

Bij deze opgave ook prima te controleren in je tabel.

Slide 15 - Slide

Maak T6a van blz. 31
Bij elke formule het kleinste getal. Antwoord in de vorm:
A6 (bijvoorbeeld)
B...
C...

Slide 16 - Open question

Slide 17 - Slide

Maak T6b van blz. 31
Welke formule bij welke grafiek? Antwoord in de vorm:
A=1 (of 2 of 3)
B=....
C=....

Slide 18 - Open question

Slide 19 - Slide

Opgave 4:

Cas staat buiten en kijkt eens om zich heen. Hij wil weten
hoe ver hij kan kijken. Dat kan hij berekenen met
de formule:  
Hierin is k de kijkafstand in km en h de ooghoogte in m. 
En 2h betekent 2 x h.
a) Als Cas op een stoel gaat staan, is zijn ooghoogte 2,25 m. Laat met een berekening zien dat hij dan afgerond een kijkafstand heeft van 4,7 km. 


Wortelverband
k=2,22h

Slide 20 - Slide


a) 





              Als Cas een ooghoogte heeft van 2,25 m,
              is zijn kijkafstand ongeveer 4,7 km. 


Wortelverband
k=2,22h
met h = 2,25
k=2,222,25
k=2,24,5=4,6669...
k4,7

Slide 21 - Slide



b) Vul de tabel in en teken de grafiek. Rond af op 1 decimaal.
Wortelverband
k=2,22h

Slide 22 - Slide

Wortelverband
aandachtspunten bij de grafiek:
- iedere as een naam en gelijke stapjes
- getekend met potlood
- iedere punt goed gezet 
- een vloeiende, niet te dikke lijn!  

Slide 23 - Slide


c) Elbert kan 5,9 km kijken. Lees uit de grafiek af op 
     hoeveel meter zijn ooghoogte is op 1 decimaal
     nauwkeurig. 

d) Marit doet aan kitesurfen. Ze zweeft op een hoogte    
     van 12 meter. Hoe ver kan zij kijken?
     Rond af op 1 decimaal.
Wortelverband

Slide 24 - Slide

c) Elbert heeft bij een kijkafstand van 5,9 km
     een ooghoogte van 3,6 m.

d) De ooghoogte van Marit is 12 m, dus h = 12




     Marit kan bij een ooghoogte van 12 meter wel
     10,8 km ver kijken. 
 
Wortelverband
k=2,22h
k=2,2212
k=2,224=10,77775..
k10,8

Slide 25 - Slide

Waar draait het om?
We hadden natuurlijk over Cas heel wat kunnen vertellen met allerlei getallen in de opgaven:

Cas (1,70m) is een leuke gozer van 61 kg die altijd nieuwsgierig is. Hij houdt van met zijn tweeën door de modder ploegen in de 4x4 terreinwagen. Het liefst natuurlijk met minimaal 70 km/uur. Maar hij is ook niet vies van een potje voetbal en de laatste wedstrijd heeft hij met 2-0 gewonnen. Vandaag is hij zijn verrekijker vergeten en staat hij buiten wat om zich heen te kijken. Hij vraagt zich af hoe ver hij kan kijken. Gelukkig heeft hij van één van de 3 fantastische wiskundedocenten laatst nog de formule voor het berekenen hiervan geleerd... 

Maar waar draait het om...?

Slide 26 - Slide