Triage keelklachten

Keelpijn DA 1
1 / 45
next
Slide 1: Slide
WelzijnMBOStudiejaar 1

This lesson contains 45 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Keelpijn DA 1

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

De klacht keelpijn komt veel voor. Als keelpijn korter dan 2 weken bestaat, spreek je van acute keelpijn. Waardoor wordt dit in de meeste gevallen veroorzaakt?
A
Het inslikken van een voorwerp
B
Een ontsteking
C
Roken

Slide 3 - Quiz

This item has no instructions

Het grootste deel van de patiënten met acute keelpijn heeft een keelontsteking.

Die ontsteking wordt veroorzaakt door een infectie van een virus of bacterie.

 Roken kan ook een oorzaak zijn, maar dat komt minder vaak voor.

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Ernstige keelontstekingen

De meeste keelontstekingen zijn mild en gaan vanzelf over. In sommige gevallen is een keelontsteking ernstig en is mogelijk (een andere) behandeling nodig. 

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Welk van deze kenmerken hoort bij een ernstige keelontsteking?
A
Koorts en opgezette klieren
B
ADL niet meer kunnen uitvoeren
C
Pijn bij het slikken

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

Bij ernstig algemeen ziek zijn, heftige keelpijn en/of ernstige slikklachten en bij duidelijke beperkingen in het dagelijks functioneren kan er sprake zijn van een ernstige keelontsteking. De arts kan in dat geval onderzoeken of antibioticum zinvol is.

Opgezette klieren en koorts zijn klachten die bij een milde keelontsteking kunnen voorkomen.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Ziekte van Pfeiffer

Keelpijn is een van de klachten die horen bij de ziekte van Pfeiffer. Dit is een infectieziekte die vooral bij een specifieke doelgroep veel voorkomt.


Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Bij welke groep mensen komt de ziekte van Pfeiffer het meeste voor?


A
Kinderen
B
Jongeren
C
Ouderen
D
Bij alle bovenstaande antwoorden

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

De ziekte van Pfeiffer komt vooral voor bij jongvolwassenen. 

Klassieke klachten voor deze infectieziekte zijn (hevige) keelpijn, koorts en opgezette, pijnlijke klieren. 

Voor de ziekte van Pfeiffer is geen behandeling, het gaat vanzelf over.

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Vaak komt keelpijn door een verkoudheidsvirus. Het kan vervelende klachten geven, zoals scherpe pijnen, koorts en moeilijk slikken.
Keelpijn gaat meestal vanzelf over binnen 10 dagen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

Waar. 

Keelpijn kan zelden kwaad en gaat ook meestal vanzelf over na 5 tot 10 dagen. Roken, veel praten, zingen of schreeuwen kan ervoor zorgen dat de keelpijn langer duurt.

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Keelpijn kan een klacht zijn bij epiglottitis: een ontsteking van het strotklepje. Het komt vooral bij jonge kinderen voor, maar ook bij volwassenen. Voor jonge kinderen is het extra gevaarlijk.
Waarom is dit zo gevaarlijk ?
A
Het kan leiden tot verstikking.
B
Jonge kinderen kunnen snel uitgedroogd raken.
C
Het gaat vaak samen met hoge koorts.

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

Door een zwelling van het strotklepje kan de luchtpijp worden afgesloten en dat kan leiden tot verstikking.

Een patiënt met epiglottis moet daarom altijd snel naar het ziekenhuis worden verwezen. De belangrijkste symptomen zijn kwijlen, niet kunnen slikken, geen (of moeilijk) adem kunnen halen en hoge koorts.

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Keelklachten en andere ziektebeelden.

Keelpijn komt meestal door een keelontsteking. Maar, het is ook een symptoom van veel andere ziektes of aandoeningen..

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Bij welke van deze ziektebeelden is keelpijn een symptoom?
A
Griep, vijfde ziekte en de bof
B
Griep, roodvonk, ziekte van Pfeiffer
C
De bof, otitis media en bij epistaxis

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

Keelklachten zijn vaak een symptoom van andere ziektes, bijvoorbeeld bij griep, roodvonk of de ziekte van Pfeiffer. 

Het is daarom belangrijk bij keelklachten altijd alert te zijn op andere symptomen en ziektebeelden.

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Welke vraag stel je om te bepalen of er sprake is van U2 (Spoed) bij een ingeslikt voorwerp?
A
Kunt u uw mond nog normaal openen?
B
Is er sprake van overvloedige speekselvloed?
C
Wanneer zijn de klachten begonnen?

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions

De vraag of er sprake is van overmatige speekselvloed hoort bij U2. De vraag of iemand zijn mond nog normaal kan openen hoort bij U3, de vraag naar wanneer de klachten begonnen zijn hoort bij U4.

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Meisje met slikklachten


Een vader belt de huisartsenpost voor zijn dochter die slikklachten heeft. Het meisje kwijlt. De kwijl kan moeilijk worden doorgeslikt.

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Welke vervolgactie hoort hierbij?
A
Ambulance met spoed laten komen.
B
Het meisje binnen 1 uur laten beoordelen door een arts.
C
Het meisje binnen 24 uur laten beoordelen door een arts.

Slide 23 - Quiz

This item has no instructions

Keelklachten met kwijl dat moeilijk of niet weggeslikt kan worden maakt dat de situatie mogelijk levensbedreigend is (U1).

Er kan sprake zijn van epiglottitis, waarbij een gezwollen strotklepje de luchtweg kan afsluiten. De patiënt moet zo snel mogelijk naar een ziekenhuis.


Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Meneer Veldhuizen belt op met keelklachten. Je hoort duidelijk dat hij moeite heeft met praten en hij zegt dat hij met moeite zijn mond open kan doen.
Welke vervolgactie hoort hierbij?
A
Ambulance met spoed laten komen.
B
Patiënt binnen enkele uren laten beoordelen.
C
Voorlichting en advies met vangnet geven.

Slide 25 - Quiz

This item has no instructions

Bemoeilijkte spraak en openen van de mond maakt de situatie dringend (U3).
Er is een reële kans op lichamelijke schade op korte termijn. 
De patiënt moet binnen enkele uren beoordeeld worden door een arts.

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Mevrouw Davids (73 jaar) belt naar de huisartspraktijk. Ze heeft veel last van keelpijn. Ze maakt een ernstig zieke indruk. De doktersassistent vraagt of mevrouw haar temperatuur gemeten heeft. Haar thermometer gaf 39 graden aan.
Wat is in dit geval de beste vervolgactie?
A
Je laat de patiënt binnen enkele uren beoordelen.
B
Je vraagt door op ingangsklacht koorts.
C
Je schakelt de ambulancedienst in.

Slide 27 - Quiz

This item has no instructions

De patiënt heeft naast keelklachten ook koorts.
Keelklachten is vaak een symptoom voor een ander ziektebeeld. 
Daarom is het goed om alert te zijn op andere symptomen en hierop door te vragen. 
Het kan zijn dat je via de ingangsklacht koorts op een ander urgentieniveau uitkomt en de patiënt eerder gezien moet worden.

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Een patiënt belt met heel heftige keelpijn. Uit het gesprek blijkt dat er geen
urgentie is.
Welk advies kun je deze patiënt geven voor de heftige pijn?
A
Een antibioticum
B
Paracetamol
C
NSAID zuigtablet

Slide 29 - Quiz

This item has no instructions

Bij heftige pijn kun je het beste paracetamol nemen.

Antibiotica heeft in de meeste gevallen van keelpijn geen zin of is niet nodig. Daarnaast hebben antibiotica ook nadelen.

Zuigtabletten met NSAID’s worden niet aangeraden. Het is niet bekend of ze beter helpen dan gewone snoepjes en ze hebben bijwerkingen.

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Waar of niet waar?

Ingeslikte voorwerpen worden meestal zonder probleem uitgepoept.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 32 - Quiz

This item has no instructions

Dat klopt. 
In de meeste gevallen worden ingeslikte voorwerpen gewoon weer uitgepoept. Je kunt als advies meegeven om de ontlasting te controleren zodat je ook weet dat het voorwerp er weer uit is. 
Als voorwerpen in de slokdarm blijven vastzitten is behandeling nodig. Zit het voorwerp in de luchtweg vast, dan is er sprake van urgentieniveau U2 of U3 en is actie nodig.

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

In het geval van een abnormaal geluid bij inademing (inspiratoire stridor) zijn er een aantal overbruggingsadviezen om mee te geven.
Welk advies is NIET juist?
A
Laat de patiënt liggen
B
Laat de patiënt niet alleen
C
Laat de mondholte van de patiënt met rust
D
Voorkom inspanning van de patiënt

Slide 34 - Quiz

This item has no instructions

Laat een patiënt met inspiratoire stridor niet liggen, maar rustig zitten. 

Voorkom inspanning, laat de patiënt niet alleen en laat de mondholte met rust.

Slide 35 - Slide

This item has no instructions

Wat is geen juist contactadvies /vangnet bij keelklachten?
A
Terugbellen als u de mond niet meer kunt openen
B
Terugbellen als u uw slijm niet kunt doorslikken
C
Terugbellen als de klachten langer dan 8 dagen duren
D
Terugbellen als u koorts krijgt

Slide 36 - Quiz

D is niet per definitie een terugbel. Je kunt echt bij een viraal infect koorts hebben, dit is een reactie van het lichaam om virussen/bact. aan te pakken. Alleen als je echt ziek wordt terugbellen. 



Wat zie je hier ?

Slide 37 - Mind map

This item has no instructions

Peritonsillair abces 




                                                             
                                                                     Peri -> Rondom
                                                      Tonsillair -> Keelamandelen
                                                     Abces : Zwelling waar pus in zit.

Slide 38 - Slide

éénzijdige zwelling in de keel
moeite met openen mond
moeite met slikken
U3
Met welke klachten belt iemand je als diegene last heeft van een peritonsillair abces ?

Slide 39 - Open question

This item has no instructions

Met welke urgentie zou je iemand laten komen?

Slide 40 - Open question

This item has no instructions

Slide 41 - Slide

This item has no instructions

Welke adviezen kun je geven bij keelpijn zonder alarmsignalen ?

Slide 42 - Open question

This item has no instructions

Wat is het EBV ?

Slide 43 - Mind map

This item has no instructions

Medische term voor ontsteking van de amandelen

Slide 44 - Mind map

This item has no instructions

Vragen?

Slide 45 - Slide

This item has no instructions