Formatieve Toets 2M - Schatten en Meten

Meter is een
A
Grootheid
B
Eenheid
1 / 33
next
Slide 1: Quiz
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 33 slides, with interactive quizzes.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Meter is een
A
Grootheid
B
Eenheid

Slide 1 - Quiz

Lengte is een
A
Grootheid
B
Eenheid

Slide 2 - Quiz

Gram is een
A
Grootheid
B
Eenheid

Slide 3 - Quiz

Hieronder staan 2 eenheden en 2 grootheden. Kies een eenheid!
A
Afstand
B
Kilometer
C
Massa
D
Kilogram

Slide 4 - Quiz

1 m =
A
10 cm
B
1000 cm
C
100 cm
D
10000 cm

Slide 5 - Quiz

100 mm =
A
100 CM
B
1 CM
C
10 CM
D
1000 CM

Slide 6 - Quiz

0,5 liter =
A
50 ml
B
500 ml
C
5 ml
D
0,5 ml

Slide 7 - Quiz


14 kg =
A
14 g
B
1.400 g
C
140 g
D
14.000 g

Slide 8 - Quiz

Wat is de juiste volgorde van klein naar groot?
A
2 dl- 0,4 l en 600 ml
B
40 cl-0,6 l- 2 dl
C
500 ml-400 cl- 0,7 l
D
0,1l- 80cl - 200 ml

Slide 9 - Quiz

Hieronder staan 2 eenheden en 2 grootheden. Kies een eenheid!
A
Afstand
B
Kilometer
C
Massa
D
Kilogram

Slide 10 - Quiz

Wat het symbool voor de grootheid volume?
A
v
B
V
C
L
D
P

Slide 11 - Quiz

Wat is de eenheid van de massa?
A
(kilo)gram
B
meter
C
newton
D
graden

Slide 12 - Quiz

Welke grootheid hoort er bij de eenheid newton?
A
veerconstante
B
massa
C
stroomsterkte
D
kracht

Slide 13 - Quiz

Welke eenheid is GEEN eenheid van tijd?
A
seconde
B
uur
C
jaar
D
stopwatch

Slide 14 - Quiz

Wat is de grootheid in de volgende zin: Ik heb een boete omdat ik 90 km/h reed waar ik maar 80 km/h mocht rijden.

Slide 15 - Open question

Volume is een...
A
Grootheid
B
Eenheid
C
Geen van beide
D
Beide

Slide 16 - Quiz

Kracht is een....
A
Grootheid
B
Eenheid
C
Geen van beide
D
Beide

Slide 17 - Quiz

3 m = ... mm
A
300
B
3
C
30000
D
3000

Slide 18 - Quiz

kl - hl - dl - l - dal - cl - ml
A
goed
B
fout

Slide 19 - Quiz

8,4 kN = ... N
A
8400
B
0,0084
C
840
D
0,084

Slide 20 - Quiz

Een marathon is 42195 m. Hoeveel km is dit?
A
4,2195 km
B
42,195 km
C
421,95 km
D
4219,5 km

Slide 21 - Quiz

15 km = ..... cm
Alleen getal geven als antwoord

Slide 22 - Open question

Wat is de centrale eenheid in de volgende gegevens.
Op een USB-stick staat 128 kilobyte.

Slide 23 - Open question

240 dL = ..... L
Alleen getal geven als antwoord

Slide 24 - Open question

Wat betekend het volgende woord: kilo?

Slide 25 - Open question


Welke grootheid meten we met het instrument in de afbeelding hiernaast?
A
Gewicht
B
Massa
C
Volume
D
Temperatuur

Slide 26 - Quiz


In welke eenheid wordt de massa gemeten?
A
Kg
B
kilogram
C
gram
D
m

Slide 27 - Quiz


Tigo doet een onderzoek, hij wil de valsnelheid van een ei bepalen. Hij laat een ei van de bovenste verdieping naar beneden vallen. De computer geeft weer dat de valtijd 0,78 s is. 
Hoeveel milliseconde is dit?

Slide 28 - Open question

Wat is de grootheid in de onderstaande zin:
De boot ging met een snelheid van 75 km/h over het water.

A
de boot
B
snelheid
C
75 km/h
D
het water

Slide 29 - Quiz

Wat is de beste definitie van een eenheid.
A
De eenheid is een afkorting van de grootheid.
B
De eenheid geeft betekenis aan het getal.
C
De eenheid is het gene wat gemeten wordt.
D
De eenheid is de maat waarin je de grootheid meet.

Slide 30 - Quiz

Grootheid
Symbool
Afkorting
Eenheid
Massa
g
F
N
liter
Maak de tabel compleet.
m
gram
kracht
newton
volume
L
V

Slide 31 - Drag question

Hoe goed ken je het nu?
😒🙁😐🙂😃

Slide 32 - Poll

Waar heb je nog
hulp bij nodig?

Slide 33 - Mind map