What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Medische terminologe les 5
Medische terminologie
1 / 26
next
Slide 1:
Slide
Medische termen
MBO
Studiejaar 1
This lesson contains
26 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
30 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Medische terminologie
Slide 1 - Slide
Vandaag
Voor- en achtervoegsels
(Stap 5 Dulon Online)
Slide 2 - Slide
Scheuring
G: /rexie
L: ruptura
cystorexie = blaasruptuur
Ruptura perinei
Slide 3 - Slide
Voorvoegsel
Gastro betekent?
Cysto betekent?
Slide 4 - Slide
Geen de betekenis van de volgende achtervoegsels:
/rexie, /rragie, /rroe, /rafie
Slide 5 - Open question
Verdoving
Het voorvoegsel a/ of an/ is zonder of niet
Esthesie is gevoel of gewaarwording
Wat is dan anesthesie?
Slide 6 - Slide
Verdoving
Anesthesie, anesthesist, anesthesiologie
Lokaalanesthesie
Narcose, narcotica, narcotiseren
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Slide
Pijn
/algie
an/alges/ie
analgetica
Slide 10 - Slide
Geef de betekenis van de volgende woorden:
1. Parahepatisch
2. Parodontium
3. Paraplegie
4. Paresthesie
Slide 11 - Open question
Slide 12 - Slide
met of zonder
fasie en afasie
fonie en afonie
Slide 13 - Slide
bemoeilijkt
dysfasie
dysfonie
Slide 14 - Slide
Spier
Myo/
My/oom
Myo/card/itis
My/algie
Myo/kèle
My/asthenie
Myo/clonie
Myo/clonus
My/opie
Slide 15 - Slide
Slide 16 - Slide
Zenuwen
Nervus - Nervi
Nervus Hypoglossus
Nervi spinals
Slide 17 - Slide
Woorden met nerv of neuro
Innerveren
Denervatie
Neuropathie, neuralgie
Neurologie, Neurochirurgie
Neurolyse, Neuropathologie, Neurogeen
Slide 18 - Slide
Geef de Latijnse benaming voor de specialist op het gebied van:
1. zielsziekten
2. ouderdomsziekten
3. kinderziekten
Slide 19 - Open question
Medulla en Myelum
Myelo/
Zowel beenmerg als ruggenmerg
(osteo)myel/ been
(Encefalo)meyl/ ruggenmerg
Slide 20 - Slide
Wat betekent?
Medulla spinals
Medulla renalis
Myelocyt
Myelokèle
Slide 21 - Slide
/plasie is ontwikkeling. Wat betekent dan:
1. Hyperplasie
2. Hypoplasie
3. Dysplasie
4. Aplasie
Slide 22 - Open question
Opsplitsen
Myo/dys/trofie
Pro/gnose
A/gnosie
Dia/gnose
Dia/thermie
Dia/phragma
Slide 23 - Slide
Geef de betekenis van de volgende woorden:
1. Poly/urie
2. Poly/neuro/pathie
3. Poly/artr/itis
Slide 24 - Open question
Veel en weinig
Poly/dipsie
Oligo/dipsie
Oligo/frenie
Olig/urie
Slide 25 - Slide
Polyurie
Slide 26 - Slide
More lessons like this
Medische termen deel 6
February 2021
- Lesson with
29 slides
Medische termen
MBO
Studiejaar 1
Oefenquiz periode 1.1
October 2022
- Lesson with
21 slides
ANFY
MBO
Studiejaar 1
quiz anesthesie
November 2024
- Lesson with
31 slides
Recovery
Beroepsopleiding
Medische termen
April 2024
- Lesson with
42 slides
Verpleging en verzorging
MBO
Studiejaar 2
SCC_L11 en 12: grondwoord, samenstelling en afleiding, tussenletters
November 2023
- Lesson with
24 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
AGAA C2 week 8 en 9: neuropatische pijn en anesthesie
October 2021
- Lesson with
18 slides
Geneesmiddelkennis Apothekersassistenten
MBO
Studiejaar 1
Care, cure, anesthesie en diagnostiek
March 2023
- Lesson with
43 slides
Verpleging en verzorging
MBO
Studiejaar 2
Module 4: grondwoord, samenstelling en afleiding
February 2023
- Lesson with
34 slides
Nederlands
Secundair onderwijs