What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Woordenschat klas 1 Hoofdstuk 4
woorden-schat klas 1 H4
1 / 28
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1
This lesson contains
28 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
60 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
woorden-schat klas 1 H4
Slide 1 - Slide
Tegenstellingen
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
Zoek de tegenstellingen:
Myrna houdt van outdoor-activiteiten, Jos is echter liever binnen bezig.
Slide 4 - Open question
Zoek de tegenstelling:
Hardlopen is een goedkope sport, paardrijden daarentegen is vrij prijzig.
Slide 5 - Open question
Zoek de tegenstelling:
Op school gaat de tijd meestal traag, maar de vakantie gaat juist snel voorbij.
Slide 6 - Open question
Zoek de tegenstelling:
Hoewel Hugo op school heel ijverig is, is hij thuis juist lui.
Slide 7 - Open question
Slide 8 - Slide
Freerunning is een sport die internationaal steeds populairder wordt.
Wat betekent internationaal?
A
wereldkampioenschap
B
ook in andere landen
C
in Amerika en Afrika
D
alle planeten samen
Slide 9 - Quiz
Wat is de tegenstelling van internationaal?
A
bij mij thuis
B
in ons land
C
in alle landen
D
dagelijks
Slide 10 - Quiz
Freerunning kun je over alledaagse spullen doen.
Wat betekent alledaagse?
A
niet bijzondere
B
elke dag
C
veranderlijke
D
verraderlijke
Slide 11 - Quiz
Wat is het tegenovergestelde van alledaagse?
Slide 12 - Open question
Je kunt allerlei spectaculaire trucs doen.
Wat betekent spectaculaire?
A
gevaarlijke
B
domme
C
bijzondere
D
eigenaardige
Slide 13 - Quiz
Wat is een tegenstelling van spectaculaire?
A
bijzondere
B
warme
C
hartverwarmende
D
gewone
Slide 14 - Quiz
Iemand die mentaal sterk is, kan zijn angsten overwinnen.
Wat betekent mentaal?
A
lichamelijk
B
geestelijk
C
met je handen
D
samen
Slide 15 - Quiz
Wat is de tegenstelling van mentaal?
A
lichamelijk
B
geestelijk
C
overdreven
D
grappig
Slide 16 - Quiz
Wat zijn de tegenstellingen in deze zin?
Deze sport is leuk voor beginners, maar ook voor gevorderden.
A
leuk / gevorderden
B
sport / beginners
C
maar / ook
D
beginners / gevorderden
Slide 17 - Quiz
woorden versterken
mooi
heel erg mooi
bloedmooi
Slide 18 - Slide
Welke twee woorden kun je hiervan combineren?
foei - mooi - bloed - lelijk
Slide 19 - Open question
Welke twee woorden kun je hiermee combineren?
brood - mager - modder - vet
Slide 20 - Open question
Welke twee woorden kun je hiervan combineren?
arm - rijk - steen - straat
Slide 21 - Open question
Welke twee woorden kun je hiervan combineren?
licht - lood - veder - zwaar
Slide 22 - Open question
Slide 23 - Slide
Slide 24 - Slide
Slide 25 - Slide
Slide 26 - Slide
timer
5:00
Slide 27 - Slide
wie weet het nog?
Slide 28 - Slide
More lessons like this
Woordenschat 'Een tegenstelling zoeken' Hoofdstuk 4 (1gt)
March 2022
- Lesson with
24 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1
klas 1, week 2, les 2
January 2021
- Lesson with
11 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1
H4 Woordenschat opdracht 1 en 2 1TH
February 2021
- Lesson with
24 slides
Nederlands
Voortgezet speciaal onderwijs
woordenschat H4 en 6
May 2023
- Lesson with
17 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k, g, t, mavo, havo, vwo
Leerjaar 1,2
dinsdag 14 april 2020 klas 1 mavo
April 2020
- Lesson with
18 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
Les 18 Freerunning steeds populairder
April 2024
- Lesson with
19 slides
H.4 Herh. NN6 1TH
March 2021
- Lesson with
47 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k, g, t, mavo
Leerjaar 1
Woordenschat H4 deel 2: zoek een tegenstelling
March 2024
- Lesson with
14 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1