Paragraaf 2 - Mohammed als voorbeeld
1. Neem de volgende begrippen over in je schrift en noteer de uitleg erbij:
hidjra / Ka’aba / Rotskoepel / Mekka / Jathrib / Medina / 622 / 630 / 632
2. A - Leg uit waarom de hidjra tot op de dag van vandaag nog invloed heeft op het leven van moslims, ondanks dat deze zo’n 400 jaar geleden plaats vond.
B - Waarom valt de Ramadan in de Westerse jaartelling ieder jaar weer op een ander moment?
3. A - Waarom werd Mohammed bij het verspreiden van zijn boodschap tegengewerkt door de Qoeraisj?
B - Wat heeft de Ka’aba te maken met het conflict tussen Mohammed en de Qoeraisj?
4. Naar welke islamitische mythe verwijst de Rotskoepel? Wat herdenkt men op die plaats?
5. Na de hidjra is de positie van Mohammed drastisch veranderd. Leg deze verandering uit.
6. Waarom is de gebedsrichting door Mohammed veranderd? Waar ging dit conflict om?