zth 3K Taalverzorging Spelling samengestelde zinnen

zth 3K Taalverzorging 
 samengestelde zinnen
1 / 18
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

zth 3K Taalverzorging 
 samengestelde zinnen

Slide 1 - Slide

Doelen van deze les
Je kunt een samengestelde zin maken.
Je kunt de PV en het O van een samengestelde zin vinden.
Je weet welke tijd je in zinnen moet gebruiken.
Je weet of je je PV's en onderwerpen in enkelvoud of meervoud moet zetten.
Je kunt de juiste werkwoordsvorm gebruiken én goed spellen
We maken er een leerzame en plezierige les van.
Al jouw vragen zijn gesteld en beantwoord.

Slide 2 - Slide

Heb je nu vragen?

Slide 3 - Slide

Kijk en luister mee!

Slide 4 - Slide

Hoe vind je de persoonsvormen van een samengestelde zin?

Slide 5 - Open question

Hoe vind je de onderwerpen van een samengestelde zin?

Slide 6 - Open question

Je kiest ervoor de uitleg te volgen

Verwachting:
Je doet actief mee
Je laat een ander uitspreken
Je hebt de juiste materialen bij je

Je kiest ervoor om zelfstandig opdrachten te maken

Verwachting:
Je werkt zelfstandig
Je werkt in stilte
Je wacht met vragen stellen tot na de instructie
Je werkt in je schrift
Opdracht 1 t/m 4 blz. 56/57

Slide 7 - Slide

Gebruik je de tegenwoordige of verleden tijd?
Vaak kun je aan de zin zien welke tijd je moet gebruiken.

Gisteren wist ik nog niet dat er sneeuw lag. (vt)
Vandaag heb ik veel vrije tijd want er vallen drie lessen uit. (tt)

Slide 8 - Slide

Maak een samengestelde zin in de verleden tijd.

Slide 9 - Open question

Gisteren was ik blij, maar morgen ben ik verdrietig.
A
PV's moeten beide in tegenwoordige tijd staan
B
PV's moeten beide in verleden tijd staan
C
twee tijden in één zin kan niet
D
twee tijden in één zin kan in dit geval wel

Slide 10 - Quiz

Gebruik je enkelvoud of meervoud?
Zoek eerst de onderwerpen.
Gaat het om één mens dier of ding? Dan gebruik je enkelvoud.
Gaat het om meerdere mensen, dingen of dieren? Dan gebruik je meervoud.
Ik dacht dat ik geen trek had, maar mijn broodtrommel was snel leeg.

Slide 11 - Slide

Maak een samengestelde zin met een pv in meervoud én een pv in enkelvoud.

Slide 12 - Open question

Welke zin klopt?
A
De klas letten goed op en halen mooie cijfers.
B
De klas let goed op en haalt mooie cijfers.
C
De klas let goed op en halen mooie cijfers.
D
De klas letten goed op en haalt mooie cijfers.

Slide 13 - Quiz

Heb je nu vragen?

Slide 14 - Slide

Zelf aan het werk
Maak opdracht 1 t/m 4 werk online,
zodat je je opdrachten gelijk na kunt kijken.
Ben je klaar? 
Maak dan de extra opdracht online
(hst 2, taalverzorging - spelling)
timer
10:00

Slide 15 - Slide

jouw reactie op
deze les

Slide 16 - Mind map

Doelen van deze les
Je kunt een samengestelde zin maken.
Je kunt de PV en het O van een samengestelde zin vinden.
Je weet welke tijd je in zinnen moet gebruiken.
Je weet of je je PV's en onderwerpen in enkelvoud of meervoud moet zetten.
Je kunt de juiste werkwoordsvorm gebruiken én goed spellen
We maken er een leerzame en plezierige les van.
Al jouw vragen zijn gesteld en beantwoord.

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide