N
2 (g) + 3 H
2(g) -> 2 NH
3 (g)
stikstof : waterstof reageren in een massa verhouding 28 : 6,0
a) Ik heb 18 g waterstof hoeveel ammoniak kan ik maximaal maken? (T1)
b) Ik heb 26 g stikstof en 5 g waterstof hoeveel ammoniak kan ik maximaal maken? (T2)
Als er meer dan 14 mg/m3 ammoniak in een ruimte aanwezig is wordt het schadelijk voor de mens. In een schuur van 25 m3 zijn 2 flessen kapot gevallen. In de ene zat 300 mg stikstof en in de andere zat 55 mg waterstof. Deze 2 stoffen kunnen nu maximaal met elkaar reageren tot ammoniak
c) Laat met een berekening zien of het nu wel of niet verstandig om in het schuurtje te blijven. (I)