Paragaaf 4.3 Opbrengsten en kosten (VWO 3)

Paragaaf 4.3 Opbrengsten en kosten 
LV3d
1 / 18
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Paragaaf 4.3 Opbrengsten en kosten 
LV3d

Slide 1 - Slide

Planning
- Terugblik paragaaf 4.2
- Paragaaf 4.3
- Aan de slag! 
- Terugblik en afsluiting! 

Slide 2 - Slide

Huiswerk bespreken! 
- Lees paragaaf 4.2 door en maak de opdrachten 1 T/M 10.

Slide 3 - Slide

Voorbeeld van een balans

Slide 4 - Slide

Welke posten kun je vinden op de debetzijde van de balans? En welke op de creditzijde? Welke posten zouden nog kunnen ontbreken?

Slide 5 - Open question

Voorbeeld van een balans

Slide 6 - Slide

Zie de balans op de vorige dia. Verwerk de twee financiële feiten op de balans.
1: Abdullah koopt op rekening voor 100 euro aan shoarma in.
2: Abdullah koopt op rekening voor 500 euro een nieuwe wasmachine.

Slide 7 - Open question

Leerdoelen paragaaf 4.3
- Je kunt een resultatenrekening opstellen aan de hand van gegeven opbrengsten en kosten. 
- Je kunt uitleggen waarom niet alle uitgaven ook kosten zijn. 
- Je kunt berekenen of een bedrijf een passend resultaat heeft behaald. 

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

Voorbeeld van een simpele resultatenrekening

Slide 10 - Slide

Wat is het verschil tussen de resultatenrekening en de balans?

Slide 11 - Open question

Uitgaven versus kosten
- Niet al je uitgaven leiden ook meteen tot kosten
- Nieuwe auto die je per bank betaalt 
- Banksaldo is gelijk aan de vaste activa (Zie dia)
- Geen verandering van het eigen vermogen


Slide 12 - Slide

Waarom is een lening wel een uitgave, maar geen kostenpost?

Slide 13 - Open question

Winst vergelijken met het totale vermogen
- Verhouding tussen de winst van het totale vermogen
- Hoeveel winst per geïnvesteerde euro 
- Winst: Totale vermogen x 100
- Beste resultaat 

Slide 14 - Slide

Stel Jaap heeft €20.000 euro aan spaargeld. Hij zet het of op zijn spaarrekening voor 2% rente per jaar. Of hij begint een bedrijfje met €680 euro aan winst per jaar. Wat zorgt voor het beste resultaat?

Slide 15 - Open question

Aan de slag! 
- Lees paragaaf 4.3 door en maak de opdrachten 2 T/M 10. 


Ben je eerder klaar of heb je vragen? Steek je vinger op. 

Slide 16 - Slide

Leerdoelen paragaaf 4.3
- Je kunt een resultatenrekening opstellen aan de hand van gegeven opbrengsten en kosten. 
- Je kunt uitleggen waarom niet alle uitgaven ook kosten zijn. 
- Je kunt berekenen of een bedrijf een passend resultaat heeft behaald. 

Slide 17 - Slide

Terugblik en afsluiting! 
- Terugblik 4.2
- Paragaaf 4.3
- Aan de slag! 
- Volgende les? 

Slide 18 - Slide