This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
M2 herhaling H6
KENNISTEST
Slide 1 - Slide
RIJK
Gemeente
Provincie
Slide 2 - Drag question
Wat is infrastructuur?
A
Alle export en import
B
De structuur van de handel
C
Het geheel aan wegen en transportlijnen
D
De uitvoer van alle mainports samen
Slide 3 - Quiz
Gemeente
Provincie
Rijksoverheid
Natuurgebieden
Rijbewijs
Infrastructuur
Onderwijs
Politie
Ophalen huisvuil
Slide 4 - Drag question
Een ambtenaar is ...
A
iemand die met zijn handen werkt.
B
iemand die in de Tweede Kamer werkt.
C
iemand die voor de overheid werkt.
D
iemand die een ambt vervuld.
Slide 5 - Quiz
Collectieve sector
Particuliere sector
Overheid en instellingen sociale zekerheid
Bedrijven en burgers
Wil winst maken
Hoeft geen winst te maken
Slide 6 - Drag question
Belastingen
Niet-belastingontvangsten
BTW
Accijns
Winst overheidsbedrijven
Boetes
Inkomsten-belasting
Slide 7 - Drag question
De WW is een
A
Sociale voorziening
B
Werknemersverzekering
C
Volksverzekering
D
Zorgverzekering
Slide 8 - Quiz
De belangrijkste doelstelling van een accijns is dat de ...
A
prijs stijgt
B
hoeveelheid daalt
C
winst daalt
D
overheidsinkomsten stijgen
Slide 9 - Quiz
Indirecte belastingen
Directe belastingen
Kostprijsverhogende belasting
Accijns
Btw
Inkomstenbelasting
Vennootschapsbelasting
Loonbelasting
Slide 10 - Drag question
In 2020 zijn de overheidsinkomsten €305,5 miljard en de uitgaven €302,1 miljard. Hoeveel procent is het begrotingsoverschot van de overheidsinkomsten in 2020?
A
98,8%
B
101,12%
C
1,13%
D
1,11%
Slide 11 - Quiz
Bereken het begrotingstekort voor 2015.
Slide 12 - Open question
In een krantenartikel staat dat de accijns op tabak wordt verhoogd. Wat is accijns?
A
een soort loonbelasting
B
Een prijsverhoging voor meer winst
C
een extra belasting op ongezonde producten
D
Dat is de korting op een pakje sigaretten
Slide 13 - Quiz
Wat is de AOW?
A
Uitkering die je krijgt als je werkloos bent
B
Uitkering die je krijgt als je oud bent en mag stoppen met werken
C
Uitkering die je krijgt als je niet genoeg loon krijgt
D
Uitkering die je krijgt als je ziek bent en daarom niet kan werken
Slide 14 - Quiz
€93,2 miljard is in miljoenen ... en €700 miljoen is in miljarden ...
A
€93.200 miljoen en €700.000 miljard
B
€932.000 miljoen en €0,7 miljard
C
€932.000 miljoen en €700.000 miljard
D
€93.200 miljoen en €0,7 miljard
Slide 15 - Quiz
Een overzicht van verwachte inkomsten en verwachte uitgaven van rijksoverheid voor het komende jaar.
Toelichting op de rijksbegroting door de minister van Financiën over de gemaakte keuzes.
Een schuld die is opgebouwd in alle jaren dat de overheid een begrotingstekort had en dus geld heeft moeten lenen van banken.
Miljoenennota
Rijksbegroting
Staatsschuld
Slide 16 - Drag question
Collectieve sector
Particuliere sector
Slide 17 - Drag question
Wat kan de overheid doen bij een begrotingstekort?
A
Bezuinigen op de uitgaven.
B
De belastingen (inkomsten) verhogen.
C
Geld lenen.
D
A, B en C.
Slide 18 - Quiz
Wat wordt er betaald met de sociale premies?
A
Onderwijs
B
AOW-uitkering
C
Politie
D
Leger
Slide 19 - Quiz
8. Bekijk de miljoenennota aan de rechterzijde.
Hoeveel procent zijn de uitgaven aan zorg van de totale uitgaven?