18-01 Uitleg: Going to/ will

1 / 11
next
Slide 1: Video
EngelsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Slide 1 - Video

Today's lesson
  • Grammar explanation: Going to / Will
  • Individual work
  • Listening exercise
  • Time left? Guess who

Slide 2 - Slide

Grammar:

The Future tense
Going to/ Will

Slide 3 - Slide

May/ might be
GOING TO
Om aan te geven wat iemand van plan is.
  1. Bij plannen
  2. Bij voorspellingen MET bewijs

HOE? 
vorm van TO BE + going to + hele werkwoord

VB: I am going to visit my friends this weekend.

Look at those clouds! It is going to rain.

Slide 4 - Slide

May/ might be
WILL
Om aan te geven als iets in de toekomst gaat gebeuren:
  1. Bij voorspellingen ZONDER bewijs
  2. Bij beloftes/ spontaan besluit

HOE?
Will + hele werkwoord

VB: 

I will help you in a minute.
She will become a lawyer one day.

Slide 5 - Slide

May/ might be
WILL


LET OP! BIJ VRAGEN WAARIN JE IETS AANBIEDT DAN GEBRUIK JE SHALL BIJ I (IK) EN WE (WIJ)
Bevestigend

will start
Ontkennend

will NOT start
of
Won't start
Vragend

SHALL I start?
will he start?
SHALL we start?

Slide 6 - Slide

One day I ____ (be) famous
A
am going to be
B
will be

Slide 7 - Quiz

Look the clouds are clearing, the sun ___ (shine)
A
is going to shine
B
will shine

Slide 8 - Quiz

Wanneer moet je banger zijn en waarom.
1. I'm going to kill you
2. I will kill you one day!

Slide 9 - Open question

Individual work
Learnbeat 4.2
Onderdeel C - opdracht 1
Onderdeel D - opdracht 2 en 3
Onderdeel E - opdracht 1 en 2
  • Eerder klaar? Oefen Practise More (onderdeel F) 
timer
10:00

Slide 10 - Slide

Listening exercise
Learnbeat 4.4
  • Onderdeel B - opdracht 1, 2 en 3

Slide 11 - Slide