1.3 Weet wat je nodig hebt

• Economie
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 2

1.3 Weet wat je nodig hebt

Deel 1

Wat leren we?

- Wat voor behoeften je kunt hebben

- waardoor mensen verschillende behoeften hebben

- wat het verschil is tussen goederen en diensten

- hoe je in je behoeften kunt voorzien

- hoe je met procenten een getal kunt berekenen

Geld betalen voor brood is een voorbeeld van

1. directe ruil
2. Indirecte ruil

Pinnen in de winkel is een voorbeeld van gebruik van giraal geld

1. Juist
2. Onjuist

12,32 rond je in geld af als

1. 12,30
2. 12,35
3. 12,32
4. 12,00

Je hebt op maandag 123 euro op je rekenen. Je koopt nieuwe kleding t.w.v. 44 euro en krijgt aan het einde van de week 10 euro zakgeld. Wat is je nieuwe saldo?

Behoeften

- Primaire behoeften

- Secundaire behoeften

= Primaire behoeften

Voorbeelden van primaire behoeften

Voorbeelden van primaire behoeften zijn: eten, drinken, onderdak, kleding, gezondheidszorg en onderwijs.

Laat de leerlingen enkele voorbeelden noemen van primaire behoeften.

Secundaire behoefte

• Niet noodzakelijk
• Luxe

Secundaire behoeften

= Dingen die niet noodzakelijk zijn om te kunnen leven:

• Sieraden
• Vakantie
• Film in de bioscoop
• Telefoon
• enz.

Goederen en diensten

Rekenen!

Rekenen met procenten

Met verhoudingstabellen 

Aan de slag

Wat? 1.3 maken 
Hoe? 10 minuten in stilte daarna mag je overleggen 
Hoelang? Tot 5 minuten voor de les.
Muziek? Dat mag 

Wat leren we?

- Wat voor behoeften je kunt hebben

- waardoor mensen verschillende behoeften hebben

- wat het verschil is tussen goederen en diensten

- hoe je in je behoeften kunt voorzien

- hoe je met procenten een getal kunt berekenen