het lidwoord en être

De lidwoorden





2. Geef een voorbeeld bij elk lidwoord 
Mannelijk
Vrouwelijk
Meervoud
Bepaald (de/het)
Le
La
Les
Onbepaald (een)
Un
Une
Des
1 / 12
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

De lidwoorden





2. Geef een voorbeeld bij elk lidwoord 
Mannelijk
Vrouwelijk
Meervoud
Bepaald (de/het)
Le
La
Les
Onbepaald (een)
Un
Une
Des

Slide 1 - Slide

Vul in:
un of une
1. ___ garçon
2. ___ adresse
3. ___ arbres
4. ___ classe
Vul in:
le, la of les
1. ___ garçon
2. ___ adresse
3. ___ arbres
4. ___ classe

Slide 2 - Slide

C'est ..... livre (m- het boek) de Jules
Wat is het juiste antwoord?
A
le livre
B
la livre
C
l'livre
D
les livres

Slide 3 - Quiz

Anna est ... copine (v- de vriendin) de Sarah
Wat is het juiste antwoord?
A
la copine
B
le copine
C
l'copine
D
les copines

Slide 4 - Quiz

C'est ... école (v- de school) de Luc
Wat is het juiste antwoord?
A
le école
B
la école
C
les écoles
D
l'école

Slide 5 - Quiz

... fille (v- de dochter) s'appelle Maria
Wat is het juiste antwoord?
A
le fille
B
la fille
C
l'fille
D
les filles

Slide 6 - Quiz

Zet in het meervoud
Voorbeeld:
de hond              de honden
het meisje            de meisjes

Slide 7 - Slide

Zet in het meervoud:
le copain

Slide 8 - Open question

trois
A
3
B
13
C
23

Slide 9 - Quiz

huit
A
6
B
7
C
8
D
9

Slide 10 - Quiz

Schrijf voluit in het Frans: 20

Slide 11 - Open question

 Sleep de getallen naar de juiste plaats op de liniaal :
treize
trois
zéro
six

onze
seize
vingt

Slide 12 - Drag question